e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

Gevonden: 8094
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zwaluwstaartverbinding zwalberstaart: zwalǝbǝrstart (Maastricht), zwalberstaartverbinding: zwalǝbǝrstart˲vǝrbendeŋ (Maastricht) In het algemeen een verbinding waarbij een soort pen, uitgesneden in de vorm van een zwaluwstaart aan het einde van het ene stuk hout, wordt gevoegd in een inkeping van dezelfde vorm aan het einde van het andere stuk. Zie ook afb. 133. [N 54, 55a; A 18, 39e; monogr.] II-12
zware verkoudheid zware kou: zwoer kaw (Maastricht), ’n zwoer kaw (Maastricht) Griep. Hoe noemt men tegenwoordig een zware verkoudheid met koorts? [DC 30 (1958)] III-1-2
zwart pak fantasiepak: fantasiepak (Maastricht), jodensmoking: joede-smoking (Maastricht), zwart pak: zwart pak (Maastricht) pak, zwart ~, bestaande uit korte jas, vest en gestreepte broek [N 23 (1964)] || zwarte pak, bestaande uit korte jas, vest en gestreepte broek [N 59 (1973)] III-1-3
zwartbonte koe zwarte: zwartǝ (Maastricht) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 126] I-11
zwartbonte koe met scherp gescheiden witte en zwarte banen lakenvelder: lākǝnvɛldǝr (Maastricht) [N 3A, 127] I-11
zwarte bes zwarte wiemelen: mv: -e  zwarte wiemele (Maastricht), zwarte wiemeren: zwarte wiemere (Maastricht), mv: -e  zwarte wiemere (Maastricht, ... ), verzamelfiche, ook mat. van ZND01, u en ZND02, 4  zwartə wīmərə (Maastricht), zwarte bessen  zwart6 wi:m6r6* (Maastricht) [DC 13 (1945)]zwarte aalbes [ZND 01 (1922)] I-7
zwarte bladluis bladluis: blaadloes (Maastricht), ein blaadloes (Maastricht), idiosyncr.  blaadloes (Maastricht), bladloes (Maastricht), bladluis (Maastricht), smeelde: smielje (Maastricht), idiosyncr.  smeelje (Maastricht), zwarte luis: zwarte loes (Maastricht) bladluis (zoals bijv. de zwarte tuinbonenluis) [himmelzoad, meelow, melde, smeelje] [N 26 (1964)] || insectjes onder een blad, zwart [DC 68 (1993)] || luis, bladluis III-4-2
zwarte gebreide dameskous zwarte gestrikte kous: zwarte gestrikde kóuse (Maastricht), zwarte kous: zwarte kousen (Maastricht) dameskousen, zwarte gebreide ~ [N 24 (1964)] III-1-3
zwarte koe moorkoe: mōr[koe] (Maastricht) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 129] I-11
zwarte koe met geheel witte kop witkop: wetkǫp (Maastricht) [N 3A, 130a] I-11