e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Mechelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
runderhorzellarve angelbuts: angelbutze (Mechelen), anger: WLD  anger (Mechelen), angerbuts: WLD Additie bij vraag 35: (bulten in de huid van runderen, veroorzaakt door de larve van de paardehorzel)  angerbötse (Mechelen), paardsworm: pedswörm (Mechelen), runderworm: ringerwörm (Mechelen), warbos: WLD Additie bij vraag 35: (bulten in de huid van runderen, veroorzaakt door de larve van de runderhorzel)  warbosse (Mechelen), worm: WLD  wörrem (Mechelen) larve [N 26 (1964)] || larve van de paardenhorzel, worm die in de uitwerpselen van een paard kan worden aangetroffen [N 26 (1964)] || larve van de runderhorzel [DC 45 (1970)] || larve van de runderhorzel, worm die grote bulten (wormbulten) veroorzaakt in de huid van runderen [N 26 (1964)], [N 26 (1964)] III-4-2
runderlapjes koelappen: koohlappe (Mechelen), rindlapjes: Syst. WBD  rinklèpkes (Mechelen), rindslappen: ringslappen (Mechelen) Runderlapjes (krippot, kripvlees?) [N 16 (1962)] III-2-3
rundvee vee: vīǝ (Mechelen) Als vee gehouden runderen. Rundvee in het algemeen. Zie afbeelding 1. [N 3A, 1; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
rundvleessoep bouillon: bouiljong (Mechelen), bouillonsoep: bouillonsop (Mechelen), rindvleessoep: Syst. WBD  rinkflèjssòp (Mechelen) Soep van rundvlees (rundsolf?) [N 16 (1962)] III-2-3
rups moosrups: moosroepsch (Mechelen), rups: roepsch (Mechelen), roĕpsj (Mechelen), rŏĕpsj (Mechelen), WLD  roepsj (Mechelen, ... ) groene rups die koolbladeren tot op de nerf afvreet [N 26 (1964)] || rups [N 26 (1964)], [SGV (1914)] III-4-2
rusten rusten: röjste (Mechelen) rusten [SGV (1914)] III-1-2
ruw, hard ruw: roaw (Mechelen) ruw [SGV (1914)] III-3-1
ruw, ruig harig: hø͂ͅrig (Mechelen), ruw: roaw (Mechelen) ruig [SGV (1914)] || ruw [SGV (1914)] III-4-4
sabbelen knauwelen: knauwele (Mechelen), zuigen: zōēge (Mechelen) sabbelen, bijv. op een grassprietje [sebbele, zabbere, zeewere] [N 10 (1961)] III-2-3
sacristie gerfkamer: gerfkamer (Mechelen) gerfkamer [SGV (1914)] III-3-3