e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Mechelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wortel (alg.) wortel: wottel (Mechelen) wortel [SGV (1914)] III-4-3
wortelenvlaai moerenvladem: Syst. WBD  moerevlaam (Mechelen) Vla met vulling van wortelen [N 16 (1962)] III-2-3
wortelklomp van een struik wortel: wō.tǝl (Mechelen) [N 27, 9c] I-8
wortels rooien uitwippen: ūtwipǝ (Mechelen) Dennenwortels met een hefboom uit de grond trekken. [N 27, 8c] I-8
worteltje kolfmoren: kolfmoere (Mechelen), moren: moere (Mechelen) De kleine soort penen die men in de moestuin kweekt [N Q (1966)] I-7
wrang gele etter: gęǝlǝ ɛtǝr (Mechelen) Wrang is een besmettelijke uierontsteking van droogstaande weidedieren. De ziekte treedt op in de zomermaanden, meestal bij meer dieren tegelijk in een weide. Eén of meer uierkwartieren veretteren. Het zieke kwartier zwelt, voelt hard en warm aan en is zeer pijnlijk. Het uiervocht is dun en vloeibaar van een gele of grauwe kleur, meestal echter dik en bruinachtig. De oorzaak is de gewone etterbacterie. Niet altijd worden wrang en mastitis scherp van elkaar onderscheiden. [N 52, 6a; A 48A, 11a; monogr] I-11
wrat wrattel: vrattel (Mechelen) wrat [SGV (1914)] III-1-2
wreef wregel: vregel (Mechelen), vrèejel (Mechelen) wreef [SGV (1914)] || wreef - welk gedeelte van het lichaam wordt er mee bedoeld? [DC 01 (1931)] III-1-1
wrikken met een beitel wringen: vreŋǝ (Mechelen) Hout uit een gat verwijderen door met een schietbeitel of een andere beitelsoort te wringen. [N 53, 46e] II-12
wroeten wroetelen: vrötele (Mechelen), vrø̜tǝlǝ (Mechelen) Met de snuit in de grond wroeten, gezegd van het varken. Zie afbeelding 3. [JG 1a, 1b, 2c; L monogr.; Wi 56; S 45; monogr.] || wroeten [SGV (1914)] I-12, III-1-2