e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L217p plaats=Meerlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pad, paadje pad, paadje: pad (Meerlo), pāād, pɛ̄j (Meerlo), pedje (Meerlo) een weggetje gemaakt door de voetstappen van mensen of dieren (zandbaan, pad, weg, weggel, wegeling) [N 90 (1982)] || pad, paden (mv.) [SGV (1914)] III-3-1
paddestoel (alg.) paddestoel: peddestoēl (Meerlo), peddestōēl (Meerlo), peͅdəsto̝.l (Meerlo) paddestoel [RND], [SGV (1914)] III-4-3
pak slaag smeer: smèr (Meerlo) Pak slaag (tek, travans, streep, smeer, batter, roefel, kiffel, pek). [N 84 (1981)] III-1-2
pak, kostuum pak: pak (Meerlo, ... ), è neej pak (Meerlo) Je moet een nieuw pak kopen. [DC 41 (1966)] || kostuum || pak [SGV (1914)] || pak [een nieuw ~] [SGV (1914)] III-1-3
paling, aal aal: āōl (Meerlo), ōāl (Meerlo), mv. ööl  oal (Meerlo) aal [SGV (1914)] || aal, paling || paling [SGV (1914)] III-4-2
palmboompje palm: palm (Meerlo) buxus III-4-3
pandverbeuren pandroven: Sub pand.  pānd roeëve (Meerlo), pandverbeuren: pandverbeure (Meerlo), Sub pand.  pānd verbeure (Meerlo) Gezelschapspel. || Jongensspel. || pandverbeuren [SGV (1914)] III-3-2
paneel paneel: paniǝl (Meerlo) Het min of meer rechthoekige, houten vlak dat door de stijlen en regels wordt omlijst. Zie ook afb. 170 en het lemma ɛpaneelɛ in wld II.9, pag. 121.' [N 56, 130a; monogr.] II-12
paneermeel paneermeel: paniərmēͅl (Meerlo) paneermeel III-2-3
pannen schuren schuren: schōēre (Meerlo) Vlekvrij maken van b.v. pannen door te schuren b.v. met zand (schuren, schrobben) [N 79 (1979)] III-2-1