e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L217p plaats=Meerlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pannenbakkerij panoven: panó̜vǝ (Meerlo) Fabriek waar, doorgaans in handarbeid, dakpannen werden vervaardigd. Schuermans (Algemeen Vlaamsch Idioticon) merkt op pag. 458 over pannenschop op: ø̄̄pannenbakkerij, zoo genoemd omdat het gebouw aan een schop of overdekte plaats gelijkt (Limb.)ø̄̄. [monogr.; N 27 add.] II-8
pannenkoek koek: men kende: spekkoek, appelkoek, krentenkoek, rozijnenkoek, uienkoek, boekweitkoek, kersenkoek, pruimenkoek, bosbessenkoek  kūk (Meerlo), schaarkoekje: sxarkykskə (Meerlo) pannekoek || pannekoekje van e resten van het deeg, nog bij elkaar geschard III-2-3
pannenlap pannenlap: panəlap (Meerlo), ties: tis (Meerlo) pannenlap III-2-1
pantoffel pantoffel: pantoefel (Meerlo), petoefel (Meerlo) Hoe noemt men de pantoffels? [DC 09 (1940)] || pantoffel III-1-3
pantoffeltje pantoffeltje: -  pantüffelkes (Meerlo, ... ), caleocolaria  pantüffelkes (Meerlo) Pantoffeltje (calceolaria officinale). De twee meeldraden zijn beweegbaar, ongeveer als bij salie. Bladeren tegenoverstaand of verspreid, de onderste samengesteld, de bovenste alleen meer of minder ingesneden; de bladrand is dubbel gezaagd. De zwavelgele III-2-1
pap brij: breej (Meerlo, ... ), pap: pap (Meerlo) brij [SGV (1914)] || brij; Hoe noemt U: Half vast, half vloeibaar gekookt gerecht van een heel of half gemalen graansoort (gort of meel) of rijst (brij, kwet, prol, pap) [N 80 (1980)] III-2-3
papier papier: papier (Meerlo) papier [SGV (1914)] III-3-1
paraplu paraplu: paraplüj (Meerlo) paraplu III-1-3
parel parel: pèrrel (Meerlo) parel [SGV (1914)] III-1-3
parelen opborrelen: opborrele (Meerlo) parelen; Hoe noemt U: Opstijgen van luchtbelletjes in drank (parelen, kriezelen, grinselen) [N 80 (1980)] III-2-3