e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L217p plaats=Meerlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
was was: wāsch (Meerlo), wās (Meerlo) Afscheidingsprodukt uit de wasklieren van de bijen. Voorheen werd de bijenwas veel gebruikt als grondstof voor kaarsen. Momenteel wordt de bijenwas als grondstof vaak vervangen door plantenwas of belangrijk goedkoper te produceren chemicaliën. Nog steeds is de bijenwas van belang voor de bereiding van zalven, kosmetische produkten en boenwas, voor het modelleren van gietvormen en voor medische toepassingen. [N 63, 121a; JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 52; Ge 37, 145; monogr.] || wasch [SGV (1914)] II-6, III-2-1
wasbord vroebbel: vroebel (Meerlo), vrubəl (Meerlo) de plank waarover gegolfd zink geslagen is, waarop men vuil goed wast (troffel, roefel, wasbord) [N 90 (1982)] || wasbord III-2-1
wasgoed was: wɛs (Meerlo) wasgoed III-2-1
wasknijper wasklammer: wɛsklamər (Meerlo), waspin: wɛspen (Meerlo) klem om de was op de draad vast te klemmen || waspin, pin met gleuf om de was vast te klemmen op de \'wesdraod\' III-2-1
waslijn wasdraad: wɛs˂drōͅt (Meerlo) wasdraad III-2-1
wastafel, wasbak wastafel: wastōͅfəl (Meerlo) wastafel III-2-1
waterdamp, wasem damp: daamp (Meerlo), zwaai: zwāi̯ (Meerlo) stoom, waterdamp || Zichtbaar gasmengsel dat bij het koken van water opstijgt (damp, blaak) [N 79 (1979)] III-2-1
waterhoen waterhennetje: waterhenneke (Meerlo) waterhoentje III-4-1
waterige kost slobber: slŏbber (Meerlo) slobber; Hoe noemt U: Waterachtig voedsel (zwans, zwadder, zwadderatie, slidder, slierp, slobber, slobbering) [N 80 (1980)] III-2-3
waterketel, moor marmiet: marmit (Meerlo), miet: mit (Meerlo) ketel, waterketel III-2-1