e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meerlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stevig, gezegd van voedsel stevig: stevig (Meerlo) stevig, gezegd van voedsel (straf) [N 91 (1982)] III-2-3
stiefdochter stiefdochter: stiefdochter (Meerlo) stiefdochter [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefkinderen stiefkinder: stiefkiender (Meerlo) stiefkinderen [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefmoeder stiefmoeder: stiefmoeder (Meerlo) stiefmoeder [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefouders stiefouders: stiefalders (Meerlo) stiefouders [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefvader stiefvader: stiefvader (Meerlo) stiefvader [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefzoon stiefzoon: stiefzoon (Meerlo) stiefzoon [DC 05 (1937)] III-2-2
stiekem achter de rug: achter den rug (Meerlo), geniepig: geniepig (Meerlo, ... ), stiekem: stiekem (Meerlo) achterbaks [SGV (1914)] || boosaardige streken in het geheim bedrijvend [heimelijk, geniepig, gniep, stiekem] [N 85 (1981)] || geniepig [SGV (1914)] || niet laten blijken dat iets bekend is of plaats vindt, in het geheim dingen doend [stiekem, heimelijk, tersmuiks] [N 85 (1981)] III-1-4
stiekem eten snaaien: snuije (Meerlo) stiekem eten; Hoe noemt U: Steeds weer stiekem eten (knaffelen, knaspelen) [N 80 (1980)] III-2-3
stier stier: stīr (Meerlo), var: var (Meerlo) Mannelijk, niet gecastreerd rund. [JG 1a, 1b; A 4, 12; Gwn V, 1; L 7, 46; L 14, 14; L 20, 12; R 3, 38; S 35; Wi 14; monogr.; add. uit N 3A, 15] I-11