e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meerlo

Overzicht

Gevonden: 4060
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eieren opkopen en verkopen verhandelen: verhandele (Meerlo) bij de boeren eieren opkopen en ze op de markt verkopen [kutsen] [N 89 (1982)] III-3-1
eierkoek eierkoek: eierkōēk (Meerlo) eierkoek; Hoe noemt U: Een zachte koek gebakken van fijn deeg, waarin eieren zijn gekneed (eierkoek, eierstruif, flets) [N 80 (1980)] III-2-3
eiertikken knutsen: knutse (Meerlo) Het spelletje waarbij men probeert met een hardgekookt ei het ei van de tegenstander kapot te tikken [(eier)tikken, kippen, knutsen]. [N 88 (1982)] III-3-2
eigendom eigendom: eigedom (Meerlo) de omstandigheid dat een zaak iemand toebehoort; het recht iets zijn eigen te noemen [eigendom, maagschap] [N 89 (1982)] III-3-1
eigendomsbewijs eigendomsbewijs: eigedomsbewiès (Meerlo) het bewijs dat iets iemands eigendom is [vest] [N 89 (1982)] III-3-1
eik eik: -  eik (Meerlo), eikenboom: ɛi̯kəmbuəm (Meerlo), -  eikebeum (Meerlo) eik [DC 04 (1936)], [RND] III-4-3
eikel eikel: ɛi̯kəls (Meerlo, ... ), -  eikele (Meerlo, ... ) eikels [RND] || eikels zoeken [DC 04 (1936)] III-4-3
eikentak talhout: de schil is als run gebruikt  talhōlt (Meerlo) eikentakken zonder schors III-4-3
eis van de aanklager eis: Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  eis (Meerlo) de eis van de aanklager over de op te leggen straf [ticht] [N 90 (1982)] III-3-1
ekster ekster: ekster (Meerlo, ... ) ekster [SGV (1914)] || Hoe heet de ekster? [DC 06 (1938)] III-4-1