e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meerlo

Overzicht

Gevonden: 4060
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gemalen schors looi: eigen spellingsysteem  loeëj (Meerlo) Gemalen schors (looi). [N 82 (1981)] III-4-3
gemaskerd persoon vastelavondsgek: vastelaovesgek (Meerlo) Een persoon met een masker voor [maskeraad, mom, vastenavondsgek]. [N 88 (1982)] III-3-2
gemeen gemeen: gemein (Meerlo), met lengteteken op de a  gemän (Meerlo), laag: lèg (Meerlo), smerig: smerrig (Meerlo) gemeen [SGV (1914)] || gemeen, slecht || slecht, gezegd van het karakter, de aard [bedekt, laag] [N 85 (1981)] || vuil, smerig, gemeen III-1-4
gemeente gemeent: germēnt (Meerlo) gemeente [SGV (1914)] III-3-1
gemeentebelasting gemeentebelasting: Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  gemèntebelasting (Meerlo) de belasting die slechts voor één gemeente of stad geldt [octrooi, binnenboek, gemeentelasten] [N 90 (1982)] III-3-1
gemeentesecretaris secretaris: Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  secretaris (Meerlo) het hoofd van de secretarie [administratie] van een gemeente [griffier, secretaris, sikkeltaris, sik] [N 90 (1982)] III-3-1
gemene vrouw kwade prij: en kwaoj prie (Meerlo), kwade vrouw: kwoj vrouw (Meerlo), tang: tang (Meerlo) een boze vrouw || een vrouw met een slecht en gemeen karakter [venijn] [N 85 (1981)] || kwade vrouw III-1-4
gemoed gemoed: gemōēd (Meerlo), gevoel: gevŭŭl (Meerlo) gemoed || het binnenste van de mens als zetel van zijn gevoel [moed, gemoed] [N 85 (1981)] III-1-4
gemok gepruil: geproel (Meerlo) gemok [SGV (1914)] III-1-4
genezen beter: bèter werre (Meerlo) Genezen: hersteld, beter (klaar). [N 84 (1981)] III-1-2