e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kastplank bred: vero.  brēt (Meerssen), brɛt (Meerssen), plank: gebr. door jonge mensen  plaŋk (Meerssen) plank in een kast [DC 16 (1948)] III-2-1
kat kat: kat (Meerssen) kat [SGV (1914)] III-2-1
katapult katapult: kattepul (Meerssen, ... ) Hoe noemt men het speeltuig, bestaande uit een gevorkt takje, aan de uiteinden waarvan een elastiekje is vastgemaakt en waarmee jongens steentjeswegschieten? [DC 23 (1953)] III-3-2
kathedraal kathedraal: un kattedraal (Meerssen) Een kathedraal. [N 96A (1989)] III-3-3
katholiek katholiek (<fr.): katheliek (Meerssen) katholiek [SGV (1914)] III-3-3
katoen katoen: katūn (Meerssen) Uit katoendraden geweven stof. Leverancier van de katoendraad is een kruid-, struik- of boomachtige plant ø̄voor het grootste deel verbouwd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Egypte (macco of mako), Oost-Indië, China, Ethiopië en Ruslandø̄ (Bonthond, s.v. ø̄katoenø̄). [N 62, 85; N 62, 77; N 62, 75c; N 59, 201; MW; L 1a-m; L 27, 73; L 41, 40a; S 17; monogr.] II-7
kattenstaartamarant kattenstaart: WLD (voor oorspronkelijke gegevens, zie vragenlijst L 292)  katteschjert (Meerssen) Kattestaart amarant (amaranthus caudatus). Bloemen in lange, donkerrode of gele, later sierlijk overhangende aren. De bladeren zijn smal eivormig en spits (kattestaart, lammestaart, vossestaart, hazeklauw). [N 92 (1982)] III-2-1
kauw dool: daol (Meerssen), daol, daölke (Meerssen), dooltje: daol, daölke (Meerssen), dölke (Meerssen), tamme kauw: hannik  dôlke (Meerssen) Hoe heet de kauw? [DC 06 (1938)] III-4-1
kauwen knauwelen: knauwele (Meerssen) kauwen; Hoe noemt U: Voedsel met de tanden en kiezen fijnmaken (kauwen, knauwen) [N 80 (1980)] III-2-3
kazuifel kazuifel: kazufel (Meerssen) Het kazuifel, het opperkleed dat de priester tijdens de mis draagt [kazufel, kazel, kruifel?]. [N 96B (1989)] III-3-3