e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pook kachelijzer: kaxəlīzər (Meerssen), stovenijzer: štōͅvənīzər (Meerssen) pook [SGV (1914)] III-2-1
poort poort: pōrt (Meerssen) Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s] I-6
pootjebaden platsen: platsje (Meerssen) lopen: met blote voeten door plassen lopen [polse, dokkele, baden] [N 10 (1961)] III-1-2
pop pop: em poop (Meerssen) pop [GTRP (1980-1995)] III-3-2
populier (alg.) popelaar: popelêr (Meerssen) populier [SGV (1914)] III-4-3
portiuncula-aflaat portiuncula-aflaat: portsjonkela aafloat (Meerssen) De portiuncula-aflaat, die verdiend kon worden op het Portiunculafeest op 2 augustus [portsiónkela-ablas?]. [N 96B (1989)] III-3-3
postbode post: poͅs (Meerssen) postbode [RND] III-3-1
poten planten: plantǝ (Meerssen) In dit lemma staan de algemene benamingen voor het planten van de pootaardappelen bijeen. [N 12, 10; N 15, 1b en 1c; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 20, 1a; A 23, 17d.I; Lu 1, 17d.I; Wi 43; monogr.; add. uit N 12, 15; N M, 18a en 18b] I-5
praam praam: prām (Meerssen) Neusknijper om het paard in bedwang te houden. Een praam bestaat uit een houtje met een lus eraan, die rond de bovenlip van het paard wordt gelegd en met het houtje wordt aangedraaid. Er bestaan ook metalen neusknijpers met deze functie (zie o.a. de termen muilijzer, tandijzer en gebitijzer). [JG 1b, 1c, 2c; N 13, 85; N 33, 377 en 380; S 28; monogr.] I-10
preek preek: prèèk (Meerssen) De predikatie, de preek [preek, prèèk, preëdich?]. [N 96B (1989)] III-3-3