e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stoffen pantoffel slob: sjlòbbe (Meerssen) sloffen, stoffen pantoffels met slappe zool [N 24 (1964)] III-1-3
stola stola (lat.): sjtola (Meerssen) De stola, de stool. [N 96B (1989)] III-3-3
stollen stijf worden: sjtief weere (Meerssen) stollen [SGV (1914)] III-4-4
stolp over een heiligenbeeld stolp: sjtölp (Meerssen) Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
stolpen belegsel aanzetten: bǝlɛxsǝl ānzɛ̄tǝ (Meerssen) Het machinaal of met de hand aanstikken van belegsels, waarbij gekeerd wordt. [N 59, 60] II-7
stomverbaasd verstomd: versjtômd (Meerssen) verstomd [SGV (1914)] III-1-4
stoomboot stoomboot: sjtoumboot (Meerssen) stoomboot [SGV (1914)] III-3-1
stoomstrijkijzer stoomijzer: štǫwmīzǝr (Meerssen) Strijkijzer met water erin dat tijdens het strijken verdampt tot stoom die uit openingen in de zoolplaat komt, om het strijkgoed te bevochtigen. [N 59, 21d; N 59, 20] II-7
stootring as: as (Meerssen) Verdikking van de as tussen de asarm en het asblok waardoor het wiel op een veilige afstand van het asblok gehouden wordt. De stootring kan met de as worden meegegoten maar er ook als een los element om bevestigd zijn. [N 17, 52 + 54 + add; N 18, 98d + 99; N G, 49a, 53f; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2b; L 20, 20a; L 39, 21 + 22; A 4, 20a; Wi 15; monogr.] I-13
stop voor fles of kruik stop: sjtop (Meerssen) stop [SGV (1914)] III-2-1