e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
valse glans valse glans: valšǝ glęns (Meerssen) Valse glans, door persen ontstaan. [N 59, 80b] II-7
van de duivel bezeten van de duivel bezeten: van den duuvel bezete (Meerssen) Van de duivel bezeten [mit der duvel bezaese]. [N 96D (1989)] III-3-3
van veren wisselen ruizelen: rȳzǝlǝ (Meerssen) [N 19, 51; L 6, 20; L 42, 5; L 48, 10; A 26, 8; Lu 2, 10; Lu 4, 8; S 30; JG 1a, 1b, 2a-2, 12, 2c; monogr.] I-12
vangen vangen: vallĕ (Meerssen), vange (Meerssen, ... ) vangen [DC 02 (1932)] III-1-2
varen (alg.) varen: WLD (voor oorspronkelijke gegevens, zie vragenlijst L 292)  varen (Meerssen) Varen, een exemplaar van de klasse van overblijvende sporendragende planten (varen, varink, portemonnaie, paddevaal, vaar, foezjéér, vlaander, hanekam) [N 92 (1982)] III-4-3
varken varken: vē̜rǝkǝ (Meerssen), vɛrǝkǝ (Meerssen), vɛ̄rkǝ (Meerssen) Bedoeld wordt een varken in het algemeen, niet geslachtelijk of naar leeftijd onderscheiden. [N 19, 1; N M, 7; N C; N C, add.; RND 46 en 84; L 8, 19; L 8, 32; L mon.; S 39; JG 1a, 1b, 2c add.; R (s] I-12
varkensstal, varkenshok varkenskot: vɛrǝkǝskǫt (Meerssen), varkensstal: vɛ.rkǝs[stal] (Meerssen), vɛrǝkǝs[stal] (Meerssen) De stal of het deel van de stal waarin zich de varkenshokken bevinden. Doorgaans wordt er geen onderscheid gemaakt in de aanduiding van de stal in de zin van het gebouw of deel daarvan en in die van het hok, de houten constructie waarin de varkens zich bevinden. De opgaven waarbij wèl is aangegeven dat zij betrekking hebben op het houten hok, staan achter in het lemma bijeen. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.3). Zie ook de plattegronden van de stallen in paragraaf 1.2. [N 5A, 60a en 60b; N 5, 105c; A 10, 9d en 9e; L 38, 27; S 39 en 50; monogr.] I-6
varkenstrog trog: trōx (Meerssen) De vaste voerbak in een varkenshok voor het vloeibare voedsel. [N 5A, 60d; A 4, 4d; L 8, 19; L 20, 4d] I-6
varkensvet smout: sjmaut (Meerssen), varkensvet: vērkĕsvèt (Meerssen) reuzel [DC 17 (1949)] || smout [SGV (1914)] III-2-3
vaste boord gestijfde kraag: humme mit gesjtiefde kraag (Meerssen) kraag, vaste halsboord van een overhemd [N 23 (1964)] III-1-3