e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

Gevonden: 3341
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
glacé leren haas: lère héisje (Meerssen) handschoenen van glanzend leer, glacés [N 23 (1964)] III-1-3
glad, glijdend glad: glad (Meerssen), glats: glets (Meerssen) glad [DC 39 (1965)], [SGV (1914)] III-4-4
glas-in-loodraam glas-in-loodraam: glāās in lowdraam (Meerssen) Een glas-in-loodraam. [N 96A (1989)] III-3-3
glazig glazetig: glazetig (Meerssen) glazig; Hoe noemt U: Hard en doorschijnend, gezegd van aardappelen (schier, glazerig) [N 80 (1980)] III-2-3
glijden kaaien: kêîje (Meerssen) glijden [SGV (1914)] III-1-2
glimworm vuurworm: vuurwörm (Meerssen), vuurwormpje: vuurwörmke (Meerssen) glimworm [GV Gr (1935)], [SGV (1914)] III-4-2
gloria gloria (lat.): gloria (Meerssen) De lofzang "Gloria in excelsis..."[jloria?]. [N 96B (1989)] III-3-3
gluiperd lonkerd: lonkerd (zn.) (Meerssen), sluiperd: sjlōēpert (Meerssen) gluiper [SGV (1914)] || gluiperig: hij is - [DC 16 (1948)] III-1-4
gluiperig gluipertig: gluupertich (Meerssen), sluiperig: schloeperich (Meerssen) gluiperig: hij is - [DC 16 (1948)] III-1-4
god de vader god de vader: gott de vader (Meerssen) God de Vader. [N 96D (1989)] III-3-3