23198 |
op bedevaart gaan |
een bedeweg doen:
əne baiweeg doon (Q099p Meerssen),
op bedevaart gaan:
op beijvaart goon (Q099p Meerssen)
|
Bedevaart doen [ne gank doon]. [N 06 (1960)]
III-3-3
|
17935 |
op de loop gaan |
op de loop gaan:
op de luip goon (Q099p Meerssen)
|
op de loop gaan [SGV (1914)]
III-1-2
|
17949 |
op de tenen lopen |
op de tenen lopen:
op te tjènne laope (Q099p Meerssen)
|
lopen: op zijn tenen lopen [op zn vurvoete] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
29091 |
op een steeltje zetten |
op een stekje zetten:
op ęj štɛkskǝ zętǝ (Q099p Meerssen)
|
De knoop op een steeltje zetten. Men moet de knoop niet plat aannaaien, doch men dient een afstand tussen knoop en stof van ± 1/2 - 1 cm te houden. Hierdoor wringt de knoopt niet en wordt er ruimte voor de stofdikte opengelaten. [N 59, 136]
II-7
|
17934 |
op een sukkeldrafje lopen |
op een sukkeldrafje lopen:
op e sukkedréfke laope (Q099p Meerssen)
|
lopen: op een sukkeldrafje lopen [schokke, op n schökske loope] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
23675 |
op retraite gaan |
op retraite (fr.) gaan:
op retraite goan (Q099p Meerssen)
|
In retraite gaan, in retraite zijn. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
32920 |
op rijen zetten |
kemmen:
kømǝ (Q099p Meerssen)
|
Het uitgespreide gras dat de eerste droging heeft ondergaan bijeenwerken tot rijen of langwerpige heuveltjes. Het voorwerp van de overgankelijke werkwoorden is steeds: hooi of gras. Wanneer het resultaat van de handeling, i.c. de rij, in het woordtype voorkomt, wordt steeds door middel van (...) verwezen naar de woordtypen van het lemma ''rij, wiers''. Om de vergelijking te vergemakkelijken is in dit lemma dezelfde volgorde van woordtypen of afleidingen daarvan aangehouden als in het lemma ''rij, wiers''. Achter in het lemma staan dan de werkwoorden bijeen die geen formeel verband met de benamingen voor de rij hebben. De kaart bevat de denominatieven van de heteroniemen voor rij, wiers en de werkwoordelijke uitdrukkingen met die heteroniemen, ook geordend zoals in het lemma ''rij, wiers''. [N 14, 100; JG 1b, 1c, 2c; A 10, 18; L 38, 36; monogr.]
I-3
|
22368 |
op stelten lopen |
op stelten lopen:
op sjtelte loupe (Q099p Meerssen)
|
stelten [op ~ loopen] [SGV (1914)]
III-3-2
|
17913 |
opbergen |
opbergen:
opberrege (Q099p Meerssen)
|
opbergen [DC 38 (1964)]
III-1-2
|
21548 |
openbare verkoop |
publieke verkoop:
publieke verkoup (Q099p Meerssen)
|
Hoe heet een openbare verkoping bij opbod? [ZND 41 (1943)]
III-3-1
|