e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stof, zandx stub: sjtöb (Meerssen, ... ) stof [SGV (1914)] III-4-4
stofblik blik: bleek (Meerssen), blik (Meerssen), handburstel met bleek (Meerssen), blikje: blēkskə (Meerssen), blikske (Meerssen), drekblad: drekblaad (Meerssen, ... ), troffeltje: truffelkĕ en handbeurschtel (Meerssen), truffĕlkĕ (Meerssen) blik (van stoffer en ~) [SGV (1914)] || stofblik [DC 15 (1947)] || stoffer en blik samen [DC 15 (1947)] III-2-1
stoffen pantoffel slob: sjlòbbe (Meerssen) sloffen, stoffen pantoffels met slappe zool [N 24 (1964)] III-1-3
stola stola (lat.): sjtola (Meerssen) De stola, de stool. [N 96B (1989)] III-3-3
stollen stijf worden: sjtief weere (Meerssen) stollen [SGV (1914)] III-4-4
stolp over een heiligenbeeld stolp: sjtölp (Meerssen) Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
stolpen belegsel aanzetten: bǝlɛxsǝl ānzɛ̄tǝ (Meerssen) Het machinaal of met de hand aanstikken van belegsels, waarbij gekeerd wordt. [N 59, 60] II-7
stomverbaasd verstomd: versjtômd (Meerssen) verstomd [SGV (1914)] III-1-4
stoomboot stoomboot: sjtoumboot (Meerssen) stoomboot [SGV (1914)] III-3-1
stoomstrijkijzer stoomijzer: štǫwmīzǝr (Meerssen) Strijkijzer met water erin dat tijdens het strijken verdampt tot stoom die uit openingen in de zoolplaat komt, om het strijkgoed te bevochtigen. [N 59, 21d; N 59, 20] II-7