e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L364p plaats=Meeuwen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huur huur: hēr (Meeuwen) huur [ZND m] III-2-1
huurcontract huurceel: heerseel (Meeuwen, ... ), ik heb ein heerstel van 3 jaar (Meeuwen), Ze mees den hèèrd nog sjòmmele  heersel (Meeuwen) het contract dat gesloten wordt wanneer een huis wordt verhuurd; hoe zegt men b.v. "ik heb een ...... van drie jaar"? [ZND 43 (1943)] || huurceel || huurcontract III-2-1, III-3-1
huurhuis gehuurd huis: geheerd huus (Meeuwen), huurhuis: heerhûs (Meeuwen) huurhuis [ZND 27 (1938)] III-2-1
huurpenning werdel: WNT: werdel - wordel, weerdel, werrel, warrel, weddel -, 1) Spinschijfje, b) Een derg. voorwerp als onderpand of teeken van contract gegeven bij het aangaan van een dienstverplichting (en bij feitelijke indiensttreding omgeruild tegen het drinkgeld, de godspenning vand. ook: drinkgeld, fooi, godspenning.  wierel (Meeuwen) Hoe noemt men de huurpenning (geldstuk door boeren aan dienstpersoneel gegeven bij t huren)? [ZND 16 (1934)] III-3-1
huwelijk huwelijk: hŭŭwwələk (Meeuwen), trouw, de -: trajw (Meeuwen), trouw (Meeuwen, ... ) de plechtigheid waarbij het samenleven van een man en een vrouw wettelijk geregeld wordt [huwelijk, trouw, trouwerij] [N 87 (1981)] || huwelijk III-2-2
huwelijksgeschenk bruidsstuk: brūūtsték (Meeuwen) huwelijksgeschenk III-2-2
huwelijksreis huwelijksreis: hŭŭwwələksréjs (Meeuwen) huwelijksreis III-2-2
hypotheek hypotheek: hypotheek (Meeuwen) de geldsom die verstrekt wordt op een onderpand bestaande uit bijv. onroerend goed [hypotheek, rippeteek] [N 89 (1982)] III-3-1
identiteitskaart pas: ps. omgespeld volgens RND!  pas (Meeuwen) de gelegaliseerde kaart waaruit iemands identiteit blijkt [identiteitsbewijs, indentie-bewijs, eenzelvigheidsbewijs] [N 90 (1982)] III-3-1
iemand graag mogen bestaan op: bəsty(3)̄n oͅp (Meeuwen), kunnen lijden: konəlijə (Meeuwen), lijden: lijden (Meeuwen) iemand graag mogen [bestaan op, lijden, zetten] [N 85 (1981)] III-3-1