e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L364p plaats=Meeuwen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
leurder voyageur (fr.): vŏĕjəzjéér (Meeuwen) leurder; Hoe werd de man genoemd die dat deed? [DC 48 (1973)] III-3-1
leuren voyageren (<fr.): vŏĕjəzjéérə (Meeuwen) leuren; Kent u een oud woord voor te voet met de handelswaar langs de huizen gaan van deur tot deur zoals bijvoorbeeld marskramers en ketellappers deden? [DC 48 (1973)] III-3-1
leven (zn) leven: lèven (Meeuwen), léévə (Meeuwen) leven (zn) || leven; in de fleur van zijn leven [ZND 35 (1941)] III-2-2
levend vlees onder de huid leven, het -: ət leͅvə (Meeuwen) levend vlees onder de huid [t leeve] [N 10 (1961)] III-1-1
lever lever: levər (Meeuwen) lever [leevert, lijver, livvere] [N 10 (1961)] III-1-1
leverpastei leverpastei: lēͅ.vərpəsteͅi (Meeuwen), lɛ.vərpəstɛi̯ (Meeuwen, ... ), pastei: pəstɛi̯ (Meeuwen) leverkaas || leverpastei [Goossens 1b (1960)] III-2-3
leverworst leverworst: leverworst (Meeuwen), lēverworst (Meeuwen), lēͅ.vərwoͅrst (Meeuwen), lééverwòrst (Meeuwen) leverworst [Goossens 1b (1960)], [ZND 21 (1936)] || leverworst; Hoe noemt U: Worst met lever als hoofdbestanddeel (lol, leverworst, leverpens) [N 80 (1980)] III-2-3
libel en waterjuffer poppenschreur: poppeschrier (Meeuwen), pòppesjrieêr (Meeuwen) libel, waterjuffer || waterjuffer, libel [ZND 34 (1940)] III-4-2
liberaal liberaal: liberoal (Meeuwen), ’t es ne leberoal (Meeuwen) Het is een liberaal. [ZND 37 (1941)] III-3-1
lichaam lijf: lif (Meeuwen) lichaam [N 10 (1961)] III-1-1