30887 |
pek |
pek:
pɛk (L364p Meeuwen)
|
De kleverige, zwarte massa die de schoenmaker gebruikt om een draad mee in te smeren. [N 60, 197b; N 36, 44; L 40, 38]
II-10
|
30885 |
pekdraad |
pekdraad:
pę̄kdrǭt (L364p Meeuwen)
|
De draad die men maakt door hennepvezels in elkaar te draaien en met pek in te smeren. [N 60, 195a; N 60, 238a; N 36, 44; L 40, 39]
II-10
|
20812 |
pekel |
pekel:
vlees in de pekel zetten
pe.kəl (L364p Meeuwen)
|
pekel
III-2-3
|
19400 |
pendule |
klok:
klok (L364p Meeuwen)
|
Klok op de schoorsteenmantel (pendule, horloge) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
34116 |
penis van de stier |
schacht:
šaxt (L364p Meeuwen)
|
Mannelijk geslachtsorgaan. [JG 1a, 1b]
I-11
|
21415 |
pennenhouder |
pennenstok:
pennestok (L364p Meeuwen)
|
pennenhouder [ZND 40 (1942)]
III-3-1
|
20844 |
pepermunt |
menta:
mɛnta (L364p Meeuwen),
mentake: pepermuntje
menta (L364p Meeuwen)
|
pepermunt
III-2-3
|
22446 |
periode van de ijsheiligen |
ijsheiligen:
ijsheiligen (L364p Meeuwen)
|
De periode van de ijsheiligen, 11-14 mei; op deze dagen kan het zeer koud zijn. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
28901 |
persbok |
kantkussen:
kantkɛsǝ (L364p Meeuwen)
|
De persbok is een strijkplank op een standaard geschikt om moeilijk bereikbare naden, bijv. schoudernaden, open te strijken. Ook armsgaten kan men er op openpersen. De informant van Q 83 merkt op dat men de persbok gebruikt voor het strijken van de mouw en het borststuk van het jasje en het zijstuk en de tussenbeennaad van de broek. De informant van L 416 vermeldt dat de persbok wordt gebruikt ø̄om plat te drukkenø̄. De informant van Q 88 zegt de persbok in het geheel niet te gebruiken. Zie ook het lemma ɛpersplankɛ.' [N 59, 19b]
II-7
|
17911 |
persen |
persen:
porsǝ (L364p Meeuwen)
|
Het persen van de stof met een zwaar ijzer. [N 59, 77; monogr.]
II-7
|