22327 |
spelletje |
potje:
potje (L364p Meeuwen),
spelletje:
speelke (L364p Meeuwen),
spelleke (L364p Meeuwen)
|
Het spelen van een spel door twee of meer personen [partijtje, potje, spelletje]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
20165 |
spenen |
spenen:
spīēnə (L364p Meeuwen),
spènen (L364p Meeuwen),
spīǝnǝ (L364p Meeuwen),
van de meer zetten:
van ǝ mē̜.r zętǝ (L364p Meeuwen)
|
Het veulen het zuigen ontwennen. [JG 1a, 1b; N 8, 59] || spenen; een kind van de speen of de borst afwennen [spenen, spanen] [N 86 (1981)] || van speen of borst afwennen, niet meer zogen
I-9, III-2-2
|
17719 |
sperma |
sperma:
sperma (L364p Meeuwen)
|
Sperma: het mannelijk zaad (foeter, natuur, sperma). [N 84 (1981)]
III-1-1
|
24247 |
sperwer |
sperwer:
sperwer (L364p Meeuwen),
spɛrwər (L364p Meeuwen)
|
sperwer [DC 42b (1967)]
III-4-1
|
33513 |
sperziebonen |
sokkerboontjes:
sòkkerbiênkes (L364p Meeuwen)
|
prinsesseboontjes
I-7
|
20535 |
spetteren |
kiskassen:
het geluid van bradend vlees
keskasə (L364p Meeuwen),
kissen:
kisse (L364p Meeuwen),
snirken:
snerken (L364p Meeuwen)
|
kipkassen: lekker eten, smullen || sudderen; Hoe noemt U: Knetteren van de boter in de pan bij verhitting (snerken, sudderen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
26360 |
spie |
snaadspie:
snǭtspii̯ (L364p Meeuwen)
|
De zeisring, die steel en blad verbindt, wordt vastgeslagen door middel van een spie, of door twee of meer spietjes. Doorgaans zijn ze van hout, omdat deze het beste vast blijven zitten; soms vindt men ook een ijzeren spie, vaak in combinatie met een houten. Zie ook de toelichting bij het lemma ''zeisring'', en afbeelding 4, nummer A4 en B4. [N 18, 67e; JG 1a, 1b, 2c; add. uit A 14, 2]
I-3
|
30443 |
spie van het anker |
spie/spij:
spi (L364p Meeuwen),
spij (L364p Meeuwen)
|
De spie waarmee schieter en sleutel met elkaar verankerd kunnen worden. Zie ook afb. 72. [N 31, 38c; monogr.]
II-9
|
19804 |
spiegel |
spiegel:
Es eme(s) te lang viêr de spiegel steit te ki-jke, dan steit den di-jvel achter hèèm(of hèèr)
spegel (L364p Meeuwen)
|
spiegel
III-2-1
|
21430 |
spieken |
afschrijven:
#NAME?
afschrijven (L364p Meeuwen)
|
spieken; Hoe noemt u bij een proefwerk stiekum gebruik maken van een boek of een papiertje/ [DC 48 (1973)]
III-3-1
|