20821 |
chocolade |
chocolade:
šokəla.t (L364p Meeuwen)
|
chocolade
III-2-3
|
20545 |
cichorei |
cichorei:
sikorei (L364p Meeuwen),
Men hoort ook wel sòkkerei Fr. chicorèe
sikorei (L364p Meeuwen),
sokkerij:
s(j)ókkeréj (L364p Meeuwen),
sokərɛi* (L364p Meeuwen),
cikorei
sokəreͅi̯}* (L364p Meeuwen),
suikerij:
s(j)ókkeréj (L364p Meeuwen),
cikorei
sokəreͅi̯ (L364p Meeuwen)
|
cichorei || cichorei; Hoe noemt U: Surrogaat of smaakverbeterend middel voor koffie gemaakt van de wortel van een bepaalde plant die gemalen en geroosterd wordt (cichorei, cikorei, suikerij, suikeraai, sekraai, bitter, Gemertse koffie) [N 80 (1980)] || suikerij || surrogaat voor de koffie
I-7, III-2-3
|
22686 |
circus |
cirque (fr.):
serək (L364p Meeuwen),
sirək (L364p Meeuwen)
|
Circus. || een tent waarin allerlei artiesten optreden zoals clowns, dresseurs met hun dieren, akrobaten etc. [circus, sirk, paardenspel, hittenspel] [N 90 (1982)]
III-3-2
|
25000 |
cirkel, kring |
cirkel:
serkəl (L364p Meeuwen),
ring:
riŋk (L364p Meeuwen)
|
de gesloten kromme lijn in een plat vak waarvan de punten alle op eenzelfde afstand liggen van één punt; het ingesloten vlak [kring, ring, cirkel] [N 91 (1982)] || een cirkelvormig voorwerp [ring, kring] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
18522 |
colbert met twee rijen knopen |
dobbel rij:
dobbel riej (L364p Meeuwen, ...
L364p Meeuwen)
|
een colbert met twee rijen knopen [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18521 |
colbert met één rij knopen |
enkel rij:
inkel riej (L364p Meeuwen, ...
L364p Meeuwen)
|
een colbert met een rij knopen [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18518 |
colbertjasje |
jas:
jas (L364p Meeuwen),
jas met een knoop:
bij trouwkostuum met zijden revers
jas mèt èine knuip (L364p Meeuwen)
|
het colbert [N 59 (1973)]
III-1-3
|
19823 |
commode, ladenkast |
commode:
kemood (L364p Meeuwen),
In het kemood lag ze sjerpen, krevatten en hause het kemood krevele: wordt gezegd van een would-be vrijer die niet verder dan de voordeur of de commode mag komen In \'t begin waas hèè neet erg welkòm; doon mocht \'r allein mè het kemood krevele
kemood (L364p Meeuwen)
|
commode || ladenkast
III-2-1
|
22829 |
concert |
concert (<fr.):
konsaert (L364p Meeuwen)
|
Concert.
III-3-2
|
30088 |
contrefort |
pilaar:
pilē̜r (L364p Meeuwen
[(meervoud: pilęrs)]
),
steunpilaar:
stø̜̄np(ǝ)lšr (L364p Meeuwen)
|
Vooruitspringende steunbeer of schraagpijler om het muurwerk te verstevigen en om eventuele druk van de tegengestelde kant, bijvoorbeeld veroorzaakt door de aanwezigheid van gewelven, weerstand te bieden. Zie ook afb. 31. In L 271 kende men steunberen die recht, schuin en trapsgewijze waren uitgevoerd. [N 31, 49; monogr.]
II-9
|