23965 |
afgunst |
jaloersigheid:
jaloerzigheid (L265p Meijel),
jaloezie (<fr.):
zjaluzji (L265p Meijel)
|
Afgunst, jaloezie. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23966 |
afgunstig |
afgunstig:
afgunstig (L265p Meijel),
jaloers:
jaloers (L265p Meijel)
|
Afgunstig. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
18039 |
afhangend gezwel |
knobbel:
knoebel (L265p Meijel, ...
L265p Meijel)
|
gezwel, Een afhangend ~. [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17583 |
afhangend kuifje (bij kortgeknipt haar) |
pony:
ponnie (L265p Meijel)
|
haar, kortgeknipt ~ met alleen van voor een afhangend kuifje [ponnie, tuil] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
25397 |
afhuiden |
afhuiden:
ajhø̜jdǝ (L265p Meijel),
villen:
velǝ (L265p Meijel)
|
Met behulp van een rond mes snijdt men, de hand soepel vanuit de pols bewegend, de huid los van het lijf. In P 108 werden kalveren met een fietspomp opgeblazen, waardoor de huid lichter werd. Zodoende kon men die makkelijker verwijderen. [N 28, 51; monogr.]
II-1
|
24920 |
afkalven |
afbrokkelen:
afbrokkelen (L265p Meijel),
afbrokkələ (L265p Meijel),
afschuiven:
afsjuuvə (L265p Meijel)
|
afkalven, stuksgewijs afschuiven en instorten gezegd van oevers, slootkanten enz [inkalven, inkavelen, inkelderen] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
21429 |
afkijken |
afkijken:
afkieke (L265p Meijel)
|
afschrijven; Bij een buurman of buurvrouw kijken? [DC 48 (1973)]
III-3-1
|
20528 |
afkoken |
blancheren:
blonschére (L265p Meijel),
kort:
kórt (L265p Meijel),
kort koken:
kort koken
kort kookə (L265p Meijel),
voorkoken:
veurkooke (L265p Meijel)
|
Hoe noemt U: Met (in) weinig water gekookt, gezegd van groenten (kort) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
28514 |
afkomen, wegvliegen |
afvliegen:
afvlīgǝ (L265p Meijel)
|
Het wegvliegen van een zwerm. Op een zonnige dag, meestal tussen 11 en 14 uur, gaan duizenden en duizenden werkbijen, vergezeld van honderden darren en met de oude moer in hun midden, zwermen. [N 63, 31b]
II-6
|
20473 |
afkomst |
afkomst:
afkomst (L265p Meijel),
afkumst (L265p Meijel),
komaf:
kómaf (L265p Meijel)
|
afkomst, afstamming; bloedverwantschap in neerdalende lijn [komaf, tuk, afkomst] [N 87 (1981)]
III-2-2
|