e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meijel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
te eng te eng: tǝ ē̜ŋ (Meijel) Te nauw, gezegd van een kledingstuk of kledingstukonderdeel. [N 59, 130b; N 62, 26b; MW] II-7
te groot zijn te wijd zijn: te witj (Meijel) Hoe zegt U: het kledingstuk zit te ruim? [N 62 (1973)] III-1-3
te klein zijn te eng zijn: te èng (Meijel) Hoe zegt U: het kledingstuk is te eng (trekt?) [N 62 (1973)] III-1-3
te kort zetten niet goed op de wind: ni gu ǫp˱ dǝ wentj (Meijel) De molen of de molenkap maar half op de wind zetten. [N O, 30j; N O, 30k] II-3
te laat komen om nog prijzen te winnen te laat komen achter de prijzen: tə lāt komə āxtər də prēš (Meijel) het te laat komen van de duiven om nog prijzen te winnen? [N 93 (1983)] III-3-2
te lang gerezen deeg overrijp: ǫvǝrrip (Meijel) Bij veel antwoorden wordt het zelfstandig naamwoord "deeg" o.i.d. niet gegeven. [N 29, 26b; monogr.] II-1
te licht in de rug te licht in de rug: tǝ lēxt en dǝ røx (Meijel) Als men teveel achteraan in de kar laadt, kan het paard de kar moeilijker trekken, omdat door het gewicht van de lading de bruikriem omhoogdrukt. Hierdoor kan de kar de neiging hebben om te wippen (zie ook voor het lemma de kar wipt. [N 17, 96 + 99] I-13
te lood te lood: tǝ lūǝt (Meijel) Gezegd van een muur of hoek wanneer deze tijdens de controle met het schietlood een loodrechte stand vertoont. [N 31, 10d; monogr.] II-9
te nat derf: dɛrf (Meijel), klef brood: klɛf bruǝt (Meijel) Gezegd van deeg. In dit lemma komen verschillende grammaticale categorieën voor. [N 29, 29b; monogr.] || Het lemma valt uiteen in verschillende grammaticale categorieën. De eerste categorie benamingen is bijvoeglijk van aard. De tweede groep bestaat uit opgaven die een zelfstandigheid aanduiden en de derde groep bestaat uit werkwoorden. [N 29, 67; monogr.] II-1
te snel verwerkt niet genoeg verstorven: ne gǝnǫx vǝrstørǝvǝ (Meijel) Het slachtvee moet, nadat het is gedood en uitgeslacht, een poos besterven. Pas als het vlees door en door koud is geworden kan het verwerkt worden. Doet men dit eerder, dan is de smaak van het vlees minder en bederft het veel sneller. Bovendien laat niet afgekoeld vlees zich veel moeilijker snijden dan koud vlees, dat immers steviger is. [N 28, 96; monogr.] II-1