e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meijel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zilverbrons zilverbrons: zilverbrons (Meijel) Zilverkleurig verfpoeder, bestaande uit een legering van tin en zink. [N 67, 10b] II-9
zilveren één frank frank: ps. invuller geeft alleen de vertaling van franc, maar niet de waarde ervan!  frang (Meijel) 1 franc, een ~ (van zilver) [N 21 (1963)] III-3-1
zilverschoon zilverschoon: eigen spellinsysteem  zíverkroed (Meijel) Zilverschoon (potentilla anserina 15 tot 50 cm groot. De stengels zijn kruipend, met lange wortelende uitlopers; de bladeren zijn oneven geveerd, de blaadjes zijn gezaagd en aan de onderkant wit zijdeachtig behaard; de bloemen groeien afzonderlijk, zijn [N 92 (1982)] III-4-3
zilvervisje zilvervisje: zilvərviskə (Meijel) zilvervisje: Hoe heet het zilverkleurige glanzende insect dat in huis op donkere, vochtige plaatsen voorkomt en leeft van papier, enz. Het is heel snel en lijkt zich voort te bewegen als een vis in het water (--, suikergast, boekworm). [N100 (1997)] III-4-2
zin (lust) gading: gaajing (Meijel), lust: lust (Meijel), zin: zin (Meijel, ... ) het verlangen om iets te doen [lust, aard, troef, nijd, zin, goesting] [N 85 (1981)] || lust, genoegen, zin III-1-4
zindelijk zuiver: zuver (Meijel), zūūvər (Meijel), gezegde: guuje miet bréker.  zuuver (Meijel) zindelijk; de aandrang der natuurlijke behoeften beheersend, zindelijk gezegd van kinderen [N 86 (1981)] III-2-2
zingen fluiten: fleutjə (Meijel), flèùtjə (Meijel), wwvorm:  fluit (Meijel), slaan: wwvorm.  slaat (kwartel) (Meijel), zingen: zingt (Meijel) het geluid van zangvogels (slaan, slagen, zingen, fluiten) [N 83 (1981)] III-4-1
zingende mis gezongen mis: gezoŋə mes (Meijel), muziekmis: muziekmes (Meijel), zingende mis: zingende mes (Meijel) Een mis waarin de gelovigen geestelijke liederen zingen [zingende mis, zingmès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
zinken zinken: zeŋkǝ (Meijel  [(Emma / Maurits)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]) Een opgepofte vloer bijwerken en lager maken om op deze wijze de mijngang weer op hoogte te brengen. Volgens de invuller uit Q 15 hoefde men in dat geval de ondersteuning van de galerij niet te vernieuwen. [N 95, 389; N 95, 903; monogr.; Vwo 75; Vwo 541; Vwo 650; Vwo 870] II-5
zinknagels vertinde nageltjes: vǝrtendǝ nē̜gǝlkǝs (Meijel) De doorgaans vertinde, spijkers waarmee de behangjute op het latwerk wordt vastgezet. [N 67, 98d] II-9