e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meldert

Overzicht

Gevonden: 1821
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
naafbus karbus: kɛ̄rbøs (Meldert) De metalen bus in de naaf van het karwiel die om het uiteinde van de karas draait. Het plaatsen van de naafbus in de dom werd in Q 113 bussen (b0sd) genoemd. Dit werk werd doorgaans door de wagen- of radmaker gedaan. Zie ook afb. 214-215. [N G, 43b; N 17, 59; JG 1a; JG 1b; L 39, 22; monogr.] II-11
naakt bloot: bluwət (Meldert) bloot [ZND A2 (1940sq)] III-1-3
naald naalde: nø̜l (Meldert) De naald is een draad gehard staal, voorzien aan de ene zijde van een spitse punt en aan de andere zijde van een oog om de draad door te steken. De kleermaker of naaister gebruikt ze om te naaien, te stoppen of te borduren. Men kent naalden in verschillende lengtes en diktes. De keuze van de naald hangt af van het beoogde doel, de draad en dikte van de draad en de dikte van de stof (Gerritse, pag. 26 en 27). [N 59, 11a; N 62, 49a; N 62, 49c; L 5, 2; L 8, 29; L B1, 76; Gi 1.IV, 13a; MW; Wi 6; S 25; monogr.] II-7
naar de ram brengen leiden: lē̜n (Meldert) Het vrouwelijk schaap laten bevruchten door de bok. [N 77, 33; N 77, 32; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
naar huis gaan naar huis gaan: na gon ig ne hø.ys (Meldert) Wat zegt men in uw dialect? Nu ga ik naar huis. [ZND 48 (1954)] III-1-2
naar links haar: hār (Meldert) Voermansroep om het paard naar links te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95 c, 95d en 96; L 1 a-m; L B 2, 255; L 26, 2; L 36, 81c; S 12; monogr.] I-10
naar rechts hut: hyi̯t (Meldert) Voermansroep om het paard naar rechts te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95a en 96; L 1 a-m; L B 2, 256; L 26, 2; L 36, 81d; S 12; monogr.] I-10
nachtegaal nachtegaal: naxtəgōͅl (Meldert) nachtegaal [ZND 05 (1924)] III-4-1
nageboorte van de koe vuil: vø̜̄l (Meldert), vø̜l (Meldert) [N 3A, 57a; JG 1a, 1b; A 33, 19b; monogr.] I-11
nagel nagel: nāgəl (Meldert, ... ) een nagel [ZND A1 (1940sq)] || een nagel, (nagels) [ZND A2 (1940sq)] || nagel [ZND m] III-1-1