e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Melick

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kluizenaarswoning kluis: kloes (Melick) De woning van zon kluizenaar [kloes]. [N 96D (1989)] III-3-3
knappen knipperen: knippere (Melick) met een knappend geluid open springen [knipperen] [N 91 (1982)] III-4-4
knarsen knarsen: knarsje (Melick) een scherp, ongelijkmatig, schurend of malend, onaangenaam aandoend geluid voortbrengen [kniersen, knoersen, knarsen] [N 91 (1982)] III-4-4
knellen knijpen: kniepe (Melick) Knellen: stijf drukken zodat daardoor een striem ontstaat (knellen, knijpen, duwen, wringen, klemmen). [N 84 (1981)] III-1-2
knellen, gezegd van schoenen duwen: duuje (Melick) drukken en daardoor pijn veroorzaken, gezegd van schoenen die te klein zijn [knellen, klemmen, drukken] [N 86 (1981)] III-1-3
kneu heivink: heivink (Melick) kneu III-4-1
knevels knevels: knē̜vǝls (Melick) Beide haakjes aan de bitringen, die aan het hoofdstel worden opgehangen. [N 13, 45] I-10
knie knie: knie (Melick) knie [DC 01 (1931)] III-1-1
knielbankje knienbankje: kneenbenkske (Melick) Het knielbankje van de kerkbank. [N 96A (1989)] III-3-3
knielen knielen: kneele (Melick) Knielen, een kniebuiging maken [kniele, kneele, kneije?]. [N 96B (1989)] III-3-3