e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Melick

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pap brij: brie (Melick), pap: Syst. WBD  pap (Melick) brij; Hoe noemt U: Half vast, half vloeibaar gekookt gerecht van een heel of half gemalen graansoort (gort of meel) of rijst (brij, kwet, prol, pap) [N 80 (1980)] || Pap, heel in het algemeen [N 16 (1962)] III-2-3
paradijs paradijs: paradies (Melick) Het Paradijs [et paredies]. [N 96D (1989)] III-3-3
parelen parelen: parelen (Melick) parelen; Hoe noemt U: Opstijgen van luchtbelletjes in drank (parelen, kriezelen, grinselen) [N 80 (1980)] III-2-3
parlevinker parlevinker: parlevinker (Melick) het bootje van een koopman te water [parlevinker, ventjager] [N 90 (1982)] III-3-1
parochie parochie: parochie (Melick) Een parochie. [N 96D (1989)] III-3-3
pas uit het ei gekomen kipje kuikje: kȳkskǝ (Melick) [N 19, 40b] I-12
pasen pasen: paoesje (Melick) Pasen [Paoësje, Oeëster]. [N 96C (1989)] III-3-3
pasfoto tiptop: Van Dale: II. tiptop (niet alg., en veroud.), 1. fotografisch atelier dat snel pasfotos vervaardigt; -2. foto die in het onder 1. genoemde atelier gemaakt is.  tiptop (Melick) de foto zoals op paspoorten en dergelijke legitimatiepapieren moet worden aangebracht [tiptopje] [N 90 (1982)] III-3-1
paspoort pas: pas (Melick, ... ) het bewijs van identiteit en toestemming om in het buitenland te mogen reizen [paspoort, pas] [N 90 (1982)] || het identiteitsbewijs door de regering aan een onderdaan verstrekt met het oog op een reis naar het buitenland [paspoort, pas] [N 90 (1982)] III-3-1
passen passen: passen (Melick) nauwkeurig sluiten, goed staan, gezegd van kleding [passen] [N 86 (1981)] III-1-3