e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Melick

Overzicht

Gevonden: 3111
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bevel commanderen (<fr.): komanderen (Melick) een opdracht waaraan gehoorzaamd moet worden [bevel, beveel, last, orden] [N 85 (1981)] III-3-1
bevelen commanderen: komanderen (Melick), verantwoording geven: verantjwording gaive (Melick, ... ) een opdracht waaraan gehoorzaamd moet worden [bevel, beveel, last, orden] [N 85 (1981)] || iemand nadrukkelijk of met gezag opdragen iets te doen [heten, hieten, ordenen, bestellen, bevelen] [N 85 (1981)] III-1-4, III-3-1
bewerkelijk (zijn) moeilijk: meujelik (Melick) niet eenvoudig wat de bewerking betreft, veel tijd eisend [ruizig] [N 85 (1981)] III-1-4
bewerken van het deeg op de werktafel doorslaan: dōršlǭn (Melick) De vraagstelling van N 29, 30b was: Welke bewerking ondergaat het deeg hier (op de werktafel): 1. platkloppen. 2. droogwerken. 3. doorslaan, 4. nog andere bewerkingen? Deze vraagstelling heeft de informanten toch wel problemen bezorgd bij de invulling. Woordtypen uit groep 4 en uit groep 1, 2 en 3 die per se iets anders aanduiden dan "platkloppen", "droogwerken" en "doorslaan", zijn naar de desbetreffende lemmata overgebracht. In dit lemma zijn vooral de synoniemen van ..platkloppen", "droogwerken" en "doorslaan" verwerkt. De voorrijs wordt beëindigd door de doorslag. Wanneer het deeg in de trog ligt, wordt het met de hand in stukken verdeeld, die gevouwen en gekneed worden, zodat het grootste gedeelte van het gevormde koolzuurgas en de gevormde alcohol eruit verwijderd worden (Schoep blz. 97). Door de doorslag wordt echter ook de kleefstof weer in aanraking ge-bracht met nieuw, ongebonden water, waardoor de nazwelling van de kleefstof bevorderd wordt. Hierdoor wordt het deeg droger (Schoep blz. 98). [N 29, 30b; N 29, 34; monogr.] II-1
bewieroken bewieroken: bewieroken (Melick) Wieroken, bewieroken [wiereke?]. [N 96B (1989)] III-3-3
bewolking wolkendek: wolke daek (Melick) bewolking, zwerk, wolkendek [schoft] [N 22 (1963)] III-4-4
bezadigd koekalm: koekalm (Melick) zeer kalm [bezadigd, bedaard, gemoedereerd] [N 85 (1981)] III-1-4
bezig doende: doonde (Melick) werkzaam aan of met iets bezig zijn [bezig, onledig, ollig, doende, gesteld [zijn aan]] [N 85 (1981)] III-1-4
bezoek bezoek: bezeuk (Melick) de personen die op bezoek komen [bezoek, visite, volk] [N 87 (1981)] III-3-1
bezoeken bezoeken: bezeuke (Melick) een zieke bezoeken [randen] [N 87 (1981)] III-3-1