23883 |
stille omgang |
stille omgang:
stjille omgank (L383p Melick)
|
De Stille Omgang naar Amsterdam. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
24565 |
stinkende gouwe |
wrattenkruid:
vrattekroed (L383p Melick)
|
Stinkende gouwe (chelidonium majus 30 tot 90 cm grote, behaarde plant. De bladeren zijn diep ingesneden, soms bijna samengesteld, met grof gekartelde blaadjes, de onderkant is blauwgroen; de bloemen groeien in schermen, met 4 gele kroonbladeren en 2 spo [N 92 (1982)]
III-4-3
|
23437 |
stoelen op het priesterkoor |
koorstoelen:
koorstjeul (L383p Melick)
|
De stoelen op het priesterkoor [koeërsjteul?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
20519 |
stokvis |
stokvis:
stjokvüsj (L383p Melick)
|
bolling; Hoe noemt U: Gezouten en gedroogde vis (bolling) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
18683 |
stola |
stola (lat.):
sjtola (L383p Melick)
|
De stola, de stool. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
19559 |
stolp |
kaasstolp:
keessjtölp (L383p Melick)
|
kaasstolp [N 20 (zj)]
III-2-1
|
23446 |
stolp over een heiligenbeeld |
stolp:
stjulp (L383p Melick)
|
Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
34075 |
stomphoorns |
stomphoorns:
štǫmphø̜r (L383p Melick)
|
Afgebrokkelde of slecht ontwikkelde hoorns. [N 3A, 106c]
I-11
|
18843 |
stomverbaasd |
het onderste boven:
⁄t ungerste bôve (L383p Melick)
|
zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20641 |
stoofvlees, zuurvlees |
zuurvlees:
Syst. WBD
zoervleis (L383p Melick)
|
Gemarineerd rundvlees, bereid met azijn, olie en kruiden (bufflamood, zoerbrèùtje?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|