30164 |
voegspijker |
voegspijker:
vuxspikǝr (L209p Merselo)
|
Lang smal ijzer met handvat, waarmee in het gezicht blijvende voegen tussen de stenen worden afgewerkt. Men gebruikt platte, holronde en vierkante voegspijkers alnaargelang de aard van het voegwerk. Zie ook afb. 45c. Het woorddeel 'lint-' in het woordtype 'lintvoeger' (L 364) verwijst naar de horizontale voeg van metselwerk, de zgn. 'lintvoeg'. In P 176 wordt het woordtype 'voeger' gebruikt voor de ø̄voegspijkerø̄; een ijzer om voegwerk te verwijderen noemt men een 'voegijzer'. Zie ook het lemma 'Voegkrabber'. [N 30, 8f; monogr.; N 32, 33a]
II-9
|
34280 |
voer |
voer:
fūr (L209p Merselo)
|
Veevoer. De samenstelling van dit voer is vevarieerd. Afval van hooi en stro, wortels van gras en graan, soorten zaad, zemelen en meel kunnen ingrediënten zijn. [N 5A II, 64a en 64b; RND 97; S 41; L 28, 45; JG 1d; monogr.]
I-11
|
24267 |
voeren |
azeken:
ozzeke (L209p Merselo)
|
aas zoeken v vogels
III-4-1
|
28819 |
voering, voeringstof |
voer:
vūr (L209p Merselo),
voering:
vureŋ (L209p Merselo),
vūreŋ (L209p Merselo)
|
Stof waarmee kledingstukken van binnen bekleed worden. [N 62, 18a; N 62, 84; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 29; MW; S 41; monogr.]
II-7
|
28326 |
voerman |
voerman:
vurman (L209p Merselo)
|
Persoon die een ingespannen paard bestuurt of ment. [JG 1a, 1b; monogr.]
I-10
|
25256 |
voerzak, maat voor rogge |
voerzak:
(bijwoordelijke uitdrukking).
voērzák rog (L209p Merselo)
|
inhoudsmaat van ± 90 liter = ± 60 kg. rogge
III-4-4
|
17777 |
voet |
voet:
vōēt (L209p Merselo, ...
L209p Merselo,
L209p Merselo),
vuut (L209p Merselo)
|
voet [SGV (1914)] || Voet. Als hiervoor (ook) been of poot gebruikt wordt, dit vermelden, zoo mogelijk in een zin, b.v.: Hou je pooten bij je! voetje voor voetje. [DC 01 (1931)] || voeten [SGV (1914)]
III-1-1
|
17799 |
voet (alternatieve benamingen) |
poot:
puu-et (L209p Merselo),
pūūət (L209p Merselo)
|
Voet. Als hiervoor (ook) been of poot gebruikt wordt, dit vermelden, zoo mogelijk in een zin, b.v.: Hou je pooten bij je! voetje voor voetje. [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
19486 |
voetbankje |
voetenbankje:
voētebaenkske (L209p Merselo)
|
voetenbankje
III-2-1
|
19812 |
voetenbankje |
voetenbankje:
voetebenkske (L209p Merselo)
|
Het bankje om de voeten op te zetten [vootebenkske?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|