33064 |
garveband |
band:
bant (L209p Merselo)
|
In dit lemma zijn de opgaven opgenomen voor het algemene woord voor band om de schoof. In de Nijmeegse vragenlijsten is niet naar de band in het algemeen, maar apart naar de onderste band (N 15, 22a) en naar de bovenste band (N 15, 22b) gevraagd; zie de volgende twee lemma''s. Uit de opgaven voor deze twee vragen zijn hier de woorden voor "band" bijeengezet, te zamen met het materiaal uit de andere bronnen. In de volgende lemma''s komen de specifieke benamingen voor de twee banden ter sprake. In bijna alle gevallen in Belgisch Limburg is ook het meervoud van het type band gegeven; het is dan ook toegevoegd in dit lemma. Bij type writsel werd voor Q 196 en 196a toegevoegd: wrong of knoop aan de band van een garve. In kaart 43 zijn de opgaven opgenomen die betrekking hebben op het aantal banden om de rogge (resp. koren-)schoof en om andere schoven. Het materiaal is aangevuld met dat van Goossens 1963, krt. 31. Zie afbeelding 7, a. [JG 1a, 1b, 2c; monogr.; add. uit N 15, 22a; A 23, 16; Lu 2, 34.2]
I-4
|
19748 |
gasfornuis |
gasfornuis:
gasfernuus (L209p Merselo)
|
gasfornuis
III-2-1
|
21315 |
gast |
gast:
gāst (L209p Merselo)
|
gast [SGV (1914)]
III-3-1
|
25001 |
gat, opening |
opening:
opening (L209p Merselo)
|
opening [SGV (1914)]
III-4-4
|
25002 |
gat, opening (mv) |
gater:
gatter (L209p Merselo)
|
gaten (mv) [SGV (1914)]
III-4-4
|
21316 |
gauwdief |
gauwdief:
gaauwdīēf (L209p Merselo)
|
gauwdief [SGV (1914)]
III-3-1
|
20742 |
gebakje |
taartje:
taartje (L209p Merselo)
|
gebakje
III-2-3
|
20683 |
gebakken aardappelen |
panaardappelen:
panaerpel (L209p Merselo)
|
aardappelen in de pan gebakken
III-2-3
|
20907 |
gebakken appelschijven |
koekappel:
koēkáppel (L209p Merselo)
|
grote appel, die in schijven gesneden, in een pannekoek gebakken wordt
III-2-3
|
23700 |
gebed |
gebed:
gebed (L209p Merselo),
gebedje:
gebedje (L209p Merselo)
|
Een gebed, [jebed?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|