e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q196p plaats=Mheer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tegenvaller strop: sjtrup (Mheer) een zwaar geldelijk verlies [krook] [N 89 (1982)] III-3-1
telefoon telefoon: telefoon (Mheer) het toestel om de menselijke stem over te brengen [telefoon] [N 90 (1982)] III-3-1
telefooncel telefooncel: telefooncel (Mheer) het kleine vertrek van waaruit men kan telefoneren [telefooncel, cel] [N 90 (1982)] III-3-1
telegram depche (<fr.): Opm. is oude benaming.  dépèche (Mheer), telegram: telegram (Mheer), Opm. is huidige benaming.  telegram (Mheer) een per telegraaf overgebracht bericht [telegram, draadbericht] [N 90 (1982)] || telegram [SGV (1914)] III-3-1
telen, verbouwen aantrekken: āntrękǝ (Mheer) Het voor gebruik tot ontwikkeling brengen van een gewas. Zie ook de meer specifieke lemma''s ''zaaien'' (2.1) en ''poten, planten'' in aflevering I.5. Voor twachten zie Rutten, Haspengouwsch Idioticon 239: "winnen van zaad". [N Q, 9; L 1 a-m; S 20; Wi 43; monogr.] I-4
teleurgesteld (worden) verpapzakt: verpapzakt (Mheer) in zijn verwachtingen bedrogen uitkomend, teleurgesteld [sneu, snul, bedonderd, beteuterd] [N 85 (1981)] III-1-4
teleurstellen tegenvallen: tinge valle (Mheer) niet krijgen of ontvangen wat men had verwacht, in zijn verwachtingen bedrogen worden [teleur vallen] [N 85 (1981)] III-1-4
ten einde brengen afmaken: aafmake (Mheer) een werk ten einde brengen, afmaken [bolwerken, opzeilen] [N 85 (1981)] III-1-4
tepel deempjes: dɛ̄mkǝs (Mheer), tet: gebruikt voor de tepel maar ook voor de hele borst  tet (Mheer) Deem, speen, borst. [A 30, 6e; L 49, 6e; N 8, 39a, 39b en 40] || Welk woord bezigt men voor de tepel van een vrouwenborst? [DC 43 (1968)] I-9, III-1-1
tepel van een geit deem: dē̜m (Mheer) [L 49, 6c; A 30, 6c; Ge 1, 6c; monogr.] I-12