e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q196p plaats=Mheer

Overzicht

Gevonden: 4071
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bulderen van de storm bulderen: böldere (Mheer) een sterk rommelend of dreunend geluid geven, gezegd van bijv. een storm of een kanon [rullen, bulderen, burrelen] [N 91 (1982)] III-4-4
bullebak bullebak: bullebak (Mheer) iemand die probeert door nors, ruw optreden anderen bang te maken [woew, bietebouw, bullebak] [N 85 (1981)] III-3-1
bundel groenten bussel: WLD  bussel (Mheer), busseltje: bösselke (Mheer) Een bundel samengebonden groenten zoals asperges, prei, etc. (bussel, bos). [N 82 (1981)] || samengebonden groente [ZND 22 (1936)] III-2-3
bundel, bussel bundel: bundel (Mheer), pongel: pongel (v) (Mheer) bundel [SGV (1914)] III-4-4
bunder, maat van 10.000 m2 (hectare) bunder: boender (Mheer), boender (o) (Mheer), bōēnder (Mheer) bunder [SGV (1914)] || de maat die een oppervlakte aangeeft van 10.000 vierkante meter [bunder, hond, hectare] [N 91 (1982)] III-4-4
bunzing fis: vis (Mheer, ... ), grote wezel: groëte wessel (Mheer), vuurder: veurder (Mheer, ... ), vuurder (Mheer, ... ) bunzing [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] || ulk (bunzing) [SGV (1914)] III-4-2
burenovertrek verhuizen: verhuuze (Mheer) Het gebruik dat bij een verhuizing het gezin op versierde wagens naar de nieuwe woning gebracht werd. [N 88 (1982)] III-3-2
burgemeester burgemeester: Opm. is huidige benaming.  burgemèèster (Mheer), burger: burger (Mheer), Opm. is oude benaming.  burger (Mheer) burgemeester [ZND 44 (1946)] || het wettelijk hoofd/de vertegenwoordiger van een gemeente [burgemeester, burger, burgmeester] [N 90 (1982)] III-3-1
bus bus: bus (Mheer) bus: Wij moeten ons haasten om de - te halen [DC 27 (1955)] III-3-1
buskruit pulver (<lat.): polfer (Mheer, ... ) buskruit [SGV (1914)], [ZND 22 (1936)] || licht ontbrandbaar, ontplofbaar mengsel dat o.a. gebruikt wordt voor het afschieten van vuurwapens [buskruit, kruit, poeder] [N 90 (1982)] III-3-1