e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q196p plaats=Mheer

Overzicht

Gevonden: 4071
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
erwt, algemeen erwt: ɛ̄rt (Mheer) Pisum L. Hier de algemene benaming voor de erwt (enkelvoud), voorafgaand aan de benaming voor de akkererwt (lemma Kapucijner, Velderwt) en aan de andere erwtensoorten (tuinerwt, doperwt, peulerwt, enz.) die in de moestuin worden gekweekt en die derhalve in de aflevering over de moestuin ter sprake zullen komen. [N 27, 2b; JG 1a, 1b; L A1, 121; L 34, 94; Wi 8; monogr.; add. uit N P, 24] I-5
erwten- of bonenranken ranken: reng (Mheer) [N Q (1966)] I-7
esdoorn esdoorn: esjdoön (Mheer), WLD  esjdoorn (Mheer) De esdoorn: een grote boom met dichte kroon; de twijgen zijn donkergrijs met groene knoppen; het blad is donkergroen, aan de onderzijde grijs; de bloemen staan in hangende trosvormige pluimen, terwijl de gevleugelde zaden onderling een scherpe hoek vormen [N 82 (1981)] || gewone esdoorn [ZND 34 (1940)] III-4-3
etagère etagère: étagère (Mheer) Tafel of kastje om kostbare voorwerpen op uit te stallen (stagère, siertafel) [N 79 (1979)] III-2-1
etalage vitrine (fr.): vitrien (Mheer) de grote winkelruit waarachter men zijn waren uitgestald heeft [vitrine, etalage] [N 89 (1982)] III-3-1
eten (ww.) eten: eeëte (Mheer), eëte (Mheer) eten [DC 35 (1963)], [DC 37 (1964)] III-2-3
etiquette - <stroef persoon> lastige, een ~: ⁄nne lèèstige (Mheer) niet gemakkelijk in de omgang, stroef [stoer, stuurs, zuur, strak, straf] [N 87 (1981)] III-3-1
etter etter: ĕtter (Mheer) etter [SGV (1914)] III-1-2
fakkel fakkel: fakkel (Mheer) In een licht ontvlambare stof gedrenkt stuk hout als verlichtingsmiddel (fakkel, toorts, askel, lont) [N 79 (1979)] III-2-1
fakkeloptocht fakkeloptocht: fakkeloptocht (Mheer) Een optocht s avonds of s nachts waarbij fakkels meegedragen worden. [N 88 (1982)] III-3-2