e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Millen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nek hals: hā.ls (Millen), nak: nak (Millen) Zie afbeelding 2.12. [JG 1a, 1b] I-9
nemen, pakken nemen: neeme (Millen) nemen [ZND 25 (1937)] III-1-2
nestverlater vlug: vlø͂ͅx (Millen) jonge vogel in staat uit te vliegen [ZND 36 (1941)] III-4-1
neus van een schoen tip: tip (Millen) neus van een schoen [snoet, tip, veusjte, teut] [N 24 (1964)] III-1-3
nicht nichtje: nichje (Millen) nicht; de kinderen van een oom of tante [ZND 11 (1925)] III-2-2
niet drachtig muntig: møntǝx (Millen) [JG 1a, 1b; Gwn V, 4; monogr.] I-11
niet gehalveerde poortvleugel kleine poort: klē̜ ̞n pu̯ót (Millen) Een scharnierende poort bestaat meestal uit twee vertikaal verdeelde planken helften of vleugels. Bedoeld wordt een poortvleugel die niet zelf nog eens gehalveerd is. Zie voor dit laatste het lemma "gehalveerde poortvleugel" (4.1.7). Zie voor de fonetische documentatie van het woord (poort) het lemma "poort" (4.1.1). Zie ook afbeelding 18.c bij het lemma "poort" (4.1.1). [N 4A, 42a; monogr.] I-6
noodbed, kermisbed paljas: paljas (Millen) noodbed, kermisbed [ZND 40 (1942)] III-2-1
noodvoederen bijvoeren: bęjvȳrǝ (Millen) Het voederen aan het einde van de winter, als de bijen door hun eigen voorraad heen zijn en het nog te koud is om zelf honing te halen. Volgens de informant van L 333 is dit bijvoeren uit den boze en mag het eigenlijk niet voorkomen. [N 63, 110b; Ge 37, 194; monogr.] II-6
noten afslaan klubsen: klubsen (Millen) noten afslaan [ZND 36 (1941)] III-2-3