e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Millen

Overzicht

Gevonden: 1753
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
laden laden: l˙ǭi̯ǝ (Millen) De kar laden. Vergelijk ook WLD I, afl. 4, p. 84 ev [JG 1a, 1b; L 37, 14; Wi 33, 39; add. bij N 18] I-10
lading vracht: vrā.x (Millen) Datgene wat op de kar of kruiwagen wordt geladen. [JG 1a, 1b; Wi 52; monogr.] I-10
lage herenschoen, molière lage schoen: lègschjun (Millen) herenschoenen, lage ~ [N 24 (1964)] III-1-3
lage klomp muiltje: mājlkǝ (Millen) Klomp met een lage en korte kap die slechts het voorste deel van de voet bedekt. Over de klompopening is een leren riem aangebracht die door middel van kleine spijkertjes met platte kop wordt vastgezet. Zie ook afb. 260. Het woord(deel) klomp is fonetisch gedocumenteerd in het lemma ɛklompɛ.' [N 24, 70c; monogr.] II-12
lage klomp? muiltje: maailkes (Millen) klomp, lage open ~ met een riem over de wreef [N 24 (1964)] III-1-3
lakschoen lakschoen: lakschjun (Millen) lakschoenen [gelakkerde sjeun] [N 24 (1964)] III-1-3
lam lam: loam (Millen), lā.mp (Millen), lammetje: lɛmkǝ (Millen) Jong van het schaap in het algemeen. Zie afbeelding 5. [N 70, 3; R 3, 36; S 20; Wi 5; Wi 12; L 20, 22c; L 6, 25; L 1a-m; JG 1a, 1b; AGV, m 3; A 2, 45; A 2, 1; A 4, 22c; Vld.; monogr.] || ze is lam [ZND 29 (1938)] I-12, III-1-2
lammeren lammen: lamǝ (Millen), lamǝn (Millen) Jongen ter wereld brengen, gezegd van het vrouwelijk schaap. [N 19, 67; JG 1a, 1b; L 29, 32; L 1a-m; N C, add.; Vld.; monogr.] I-12
lamoen gestel: gǝstę.l (Millen  [(clitchèt)]  ) Het voorstel in z''n geheel: de twee berries en de verbindingsscheien. De benaming voor het lamoen komt voornamelijk voor in het zuidoosten van Belgisch Limburg en in het zuiden van Nederlands Limburg. [N 17, 50b + 90; N G, 54b + 56h + 64a; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2c; L 32, 63; L 34, 10; A 27, 20; Lu 5, 20] I-13
lamp lamp: lamp (Millen, ... ) lamp [ZND 01 (1922)], [ZND 29 (1938)] III-2-1