e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P214p plaats=Montenaken

Overzicht

Gevonden: 1200
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pommelee, appelschimmel pommelee: pumǝ`lęi̯ (Montenaken) Paard met ronde, glanzende plekken in de vorm van appels in het haarkleed, van binnen wit en van buiten zwart. De afwisseling van zwarte en witte haren vormt een cirkelvormig patroon, vooral op de schouders en het kruis. [JG 1a, 1b; N 8, 63c, 63d en 63e] I-9
poort poort: pōt (Montenaken) Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s] I-6
poot poot: pūt (Montenaken  [(mv pūtǝ)]  ) Tussen haakjes de meervoudsvorm. [JG 1a, 1b] I-9
pootgoed, pootaardappelen plantpatatten: plānt[patatten] (Montenaken), zaad: zōǝt (Montenaken) Mooie aardappelen worden apart gehouden om in het volgend seizoen gepoot te worden, als pootaardappelen. Pootaardappelen mogen niet te groot en niet te klein zijnen er mogen veel ogen in zitten. Ze worden op een koele plaats, in de kelder, bewaard. Voor de fonetische documentatie van de woordtypen voor aardappel, zie het lemma Aardappel. [N M, 15; JG 1a; L 40, 55; monogr.; add. uit N M, 22] I-5
pop pop: em poop (Montenaken), moeilijk leesbaar  poup (Montenaken) Een pop. [ZND 40 (1942)] || pop [GTRP (1980-1995)] III-3-2
porselein porselein: pǫsǝlęjǝn (Montenaken) Verzamelnaam voor ceramische produkten die gebakken zijn uit porseleinaarde waar zekere bijvoegsels door zijn gemengd. Porselein kenmerkt zich door het feit dat het in tegenstelling tot bijvoorbeeld gleiswerk, fijn, wit en halfdoorschijnend is en een ongekleurd, sterk glimmend glazuur vertoont. [Wi 53; L 35, 78; N 20, 5; monogr.] II-8
portemonnee, beurs portemonnee (<fr.): n leere portemannaie (Montenaken), ənə leere portemonnaie (Montenaken) Een lederen portemonnaie. [ZND 37 (1941)] III-3-1
portret, foto portret (<fr.): petret (Montenaken) Portret. [ZND 40 (1942)] III-3-2
postbode facteur (fr.): faktøͅər (Montenaken) postbode [RND] III-3-1
postelein porselein: poͅrsəlēͅən (Montenaken) [Goossens 1b (1960)] I-7