33807 |
pommelee, appelschimmel |
pommelee:
pumǝ`lęi̯ (P214p Montenaken)
|
Paard met ronde, glanzende plekken in de vorm van appels in het haarkleed, van binnen wit en van buiten zwart. De afwisseling van zwarte en witte haren vormt een cirkelvormig patroon, vooral op de schouders en het kruis. [JG 1a, 1b; N 8, 63c, 63d en 63e]
I-9
|
19957 |
poort |
poort:
pōt (P214p Montenaken)
|
Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s]
I-6
|
33796 |
poot |
poot:
pūt (P214p Montenaken
[(mv pūtǝ)]
)
|
Tussen haakjes de meervoudsvorm. [JG 1a, 1b]
I-9
|
33172 |
pootgoed, pootaardappelen |
plantpatatten:
plānt[patatten] (P214p Montenaken),
zaad:
zōǝt (P214p Montenaken)
|
Mooie aardappelen worden apart gehouden om in het volgend seizoen gepoot te worden, als pootaardappelen. Pootaardappelen mogen niet te groot en niet te klein zijnen er mogen veel ogen in zitten. Ze worden op een koele plaats, in de kelder, bewaard. Voor de fonetische documentatie van de woordtypen voor aardappel, zie het lemma Aardappel. [N M, 15; JG 1a; L 40, 55; monogr.; add. uit N M, 22]
I-5
|
22806 |
pop |
pop:
em poop (P214p Montenaken),
moeilijk leesbaar
poup (P214p Montenaken)
|
Een pop. [ZND 40 (1942)] || pop [GTRP (1980-1995)]
III-3-2
|
19849 |
porselein |
porselein:
pǫsǝlęjǝn (P214p Montenaken)
|
Verzamelnaam voor ceramische produkten die gebakken zijn uit porseleinaarde waar zekere bijvoegsels door zijn gemengd. Porselein kenmerkt zich door het feit dat het in tegenstelling tot bijvoorbeeld gleiswerk, fijn, wit en halfdoorschijnend is en een ongekleurd, sterk glimmend glazuur vertoont. [Wi 53; L 35, 78; N 20, 5; monogr.]
II-8
|
21481 |
portemonnee, beurs |
portemonnee (<fr.):
n leere portemannaie (P214p Montenaken),
ənə leere portemonnaie (P214p Montenaken)
|
Een lederen portemonnaie. [ZND 37 (1941)]
III-3-1
|
22807 |
portret, foto |
portret (<fr.):
petret (P214p Montenaken)
|
Portret. [ZND 40 (1942)]
III-3-2
|
21203 |
postbode |
facteur (fr.):
faktøͅər (P214p Montenaken)
|
postbode [RND]
III-3-1
|
33573 |
postelein |
porselein:
poͅrsəlēͅən (P214p Montenaken)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|