| 18004 |
koorts |
koorts:
kors (L382p Montfort, ...
L382p Montfort)
|
koorts [RND], [SGV (1914)]
III-1-2
|
| 23563 |
koorzanger |
kerkenzanger:
kirkezenger (L382p Montfort),
koorzanger:
koorzenger (L382p Montfort),
zanger:
zenger (L382p Montfort, ...
L382p Montfort)
|
Een koorzanger, lid van het zangkoor [zenger, koeërzenger?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 33806 |
koot |
koot:
kǭt (L382p Montfort)
|
Het korte been onmiddellijk boven de hoef, zowel van de voor- als achterpoot. 1Het is één van de belangrijkste lichaamsdelen van het trekpaard. Zie afbeelding 2.25. [JG 1a, 1b; N 8, 32.1, 32.2, 32.3, 32.7, 32.10, 32.14, 32.15 en 32.16]
I-9
|
| 19856 |
kop |
kop:
kø̜p (L382p Montfort),
korte strek:
kǫrtǝ štrę ̝k (L382p Montfort)
|
De korte smalle zijde van een metselsteen. Zie ook afb. 30. [N 31, 17c; N 98, 171; monogr.] || Het gedeelte van de huid dat de kop bedekt. Zie afb. 1. [N 60, 3f; N 36, 4]
II-10, II-8
|
| 33063 |
kop van de schoof |
kop:
kǫp (L382p Montfort)
|
De bovenkant van de schoof, daar waar zich de aren bevinden. Zie afbeelding 7. [N 15, 21b; JG 1b]
I-4
|
| 33137 |
kopdorser |
hekeldorsmachine:
hēkǝldǫrsmǝšin (L382p Montfort)
|
Bij deze vroege gemotoriseerde dorsmachine werden de schoven met de aren (de kop van de schoof) naar voren in de machine geschoven. Het eigenlijke dorsen gebeurde in een trommel met ijzeren pinnen of tanden die doet denken aan een hekel. Zie afbeelding 12. [N 14, 6a; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
| 21411 |
kopen |
kopen:
koupen (L382p Montfort)
|
koopen [SGV (1914)]
III-3-1
|
| 19883 |
koper poetsen |
schuren:
šūrə (L382p Montfort)
|
metaal met behulp van vloeibare of zachte poetsmiddelen vlekvrij en glanzend maken [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 19582 |
kopje |
kopje:
køͅpkə (L382p Montfort),
tas:
tas (L382p Montfort)
|
een kop koffie [SGV (1914)] || kom [SGV (1914)]
III-2-1
|
| 20368 |
koppelen |
koppelen:
koppele (L382p Montfort),
koppələ (L382p Montfort)
|
koppelen; twee personen tot een huwelijk met elkaar brengen [lappen, koppelen] [N 87 (1981)]
III-2-2
|