e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ruisen van bladeren ruisen: roesen (Montfort), WLD  roesje (Montfort) Het ruisen van bomen (ruisen, ruizelen, reuzelen, snirsen). [N 82 (1981)] III-4-3
ruiten in het kaartspel ruiten: roeten aos (Montfort) Ruiten: Ruiten aas. [SGV (1914)] III-3-2
ruitijd ruizel: rȳzǝl (Montfort) De periode van het ruien, het veren wisselen, van de kip. [A 26, 8; S 30; Vld.; monogr.] I-12
ruk ruk: ruk (Montfort), rök (Montfort) Ruk: snelle korte beweging waardoor iets of iemand met een schok van zijn plaats wordt getrokken (ruk, snuk, snoek). [N 84 (1981)] III-1-2
rukwind rukwind: ruk windj (Montfort), rukwintj (Montfort), windstoot: windj stoot (Montfort), wintjstoot (Montfort), w‧indjstoea.t (Montfort) rukwind, plotselinge, felle wind [trekwind, snuk wind, strobatie] [N 81 (1980)] || windstoot, ruk of stoot van de wind [hort, buis] [N 81 (1980)] III-4-4
rund rind: rentj (Montfort), rēntj (Montfort) Holhoornig, herkauwend zoogdier dat om zijn vlees en melk en ook wel als trekdier gehouden wordt. [L 6, 22; L 42, 12; S 30; S 49; Wi 6; monogr.] I-11
runderhorzel, horzel horzel: hoorzel (Montfort) horzel [SGV (1914)] III-4-2
runderhorzellarve aambei: aombeien (Montfort), aambeitel: Veldeke  aombeitel (Montfort), paardsworm: Veldeke  paersworm (Montfort) larve van de paardenhorzel, worm die in de uitwerpselen van een paard kan worden aangetroffen [N 26 (1964)] || larve van de runderhorzel, worm die grote bulten (wormbulten) veroorzaakt in de huid van runderen [N 26 (1964)] || runderhorzel (larven in de huid van runderen) [DC 18 (1950)] III-4-2
rundvee vee: vīǝ (Montfort) Als vee gehouden runderen. Rundvee in het algemeen. Zie afbeelding 1. [N 3A, 1; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
rups moosrups: Veldeke  moosroeps (Montfort), rups: roeps (Montfort, ... ), roĕps (Montfort), Veldeke  roeps (Montfort) groene rups die koolbladeren tot op de nerf afvreet [N 26 (1964)] || rups [N 26 (1964)], [SGV (1914)] III-4-2