24327 |
daas (tabanidae) |
paardszuiker:
Veldeke
paerszuuker (L382p Montfort),
scheeldees:
sjaldès (L382p Montfort),
sjeldeese (L382p Montfort),
WLD
schəldês (L382p Montfort)
|
daas (paardenvlieg) [SGV (1914)] || Hoe noemt u de grote vlieg waarvan verschillende soorten in ons land voorkomen. De wijfjes zuigen bloed bij grote zoogdieren en mensen. De grote soorten steken pijnlijk en achtervolgen mensen en dieren met grote hardnekkigheid (daas, dazerik, dol) [N 83 (1981)] || paardenbloedzuiger, algemeen voorkomend in sloten, geen bloed zuigend [N 26 (1964)]
III-4-2
|
20895 |
dadel |
dadel:
dadel (L382p Montfort),
WLD
daadel (L382p Montfort)
|
De vrucht van de dadelpalm (dadel, smeerlap, vijgedaal). [N 82 (1981)]
III-2-3
|
23959 |
dagelijkse zonde |
dagelijkse zonde:
daachelikse zunj (L382p Montfort)
|
Dagelijkse zonde [leslieje zung]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24898 |
dageraad |
dag in de lucht:
daag in de laog (L382p Montfort),
dag worden:
daag wère (L382p Montfort)
|
het aanbreken van de dag [lamieren, krieken] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
24785 |
dagkoekoeksbloem |
bosroos:
WLD
bos roos (L382p Montfort)
|
Dagkoekoeksbloem (meliandrum rubrum 30 tot 90 cm hoge plant. De plant is tweehuizig en dicht behaard; de bladeren zijn eivormig; de bloemen groeien in losse schermen, de kroonbladeren zijn diep ingesneden en rood van kleur, zelden wit; doosvruchten met [N 92 (1982)]
III-4-3
|
23533 |
dagmissaal |
dagmissaal:
daagmessaal (L382p Montfort)
|
Een kerkboek met misgebeden voor alle dagen van het kerkelijk jaar [dagmissaal?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
21724 |
dagvaarden |
ontbieden:
ontbeeje (L382p Montfort),
oproepen:
oproopə (L382p Montfort)
|
iemand laten weten dat hij voor de rechter moet verschijnen [ontbieden, pressen] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21723 |
dagvaarding |
dagvaarding:
dagvaarding (L382p Montfort, ...
L382p Montfort)
|
de mededeling aan een verdachte of getuige dat hij op een bepaald tijdstip voor de rechter moet verschijnen [dagvaarding, dagement] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
20018 |
dahlia (dahlia cav.) |
dahlia:
-
dalia (L382p Montfort),
eigen spelling
daaliah (L382p Montfort)
|
dahlia [DC 60a (1985)] || Dahlia. De buitenste omwindselblaadjes, 5 in getal, zijn neergebogen of geheel omgeslagen. De bladeren zijn in brede slippen verdeeld. Bij sommige variëteiten zijn de lintbloemen in de lengte opgerold, of opgerold met een punt, daardoor krijgt de hele blo [N 92 (1982)]
III-2-1
|
27184 |
dak |
dak:
dāk (L382p Montfort)
|
Het gehele samenstel dat de bedekking vormt van een huis of gebouw. Het bestaat uit een kap die wordt afgedekt met pannen, leien, zink, ijzer, stro of riet en die rust op de muurplaat of balklaag. Men onderscheidt verschillende dakvormen. Zie ook de volgende lemmata. [S 6; L 1a-m; L 8, 66; L 12, 9; L A2, 500; N 32, 43a; monogr.; Vld.]
II-9
|