e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Mopertingen

Overzicht

Gevonden: 1389
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beurs, overrijp murw: merf (Mopertingen), te rijp: te reep (Mopertingen) beurs [ZND 01 (1922)] || overrijp, murw [ZND 31 (1939)] III-2-3
bevruchten vogelen: voxǝlǝ (Mopertingen) Het bevruchten van de hen door de haan. [JG 1a, 1b, 2c; N 19, Q 111 add.; monogr.] I-12
bewolkte lucht de lucht is toe: de log es tau (Mopertingen), log es tau (Mopertingen) bewolkt [ZND 32 (1939)] III-4-4
bezem bessem: bɛsǝm (Mopertingen), bezem: bɛsəm (Mopertingen, ... ) bezem [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)] || Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b] I-4, III-2-1
bibberen beven: béven (Mopertingen), bibbelen: bubbelen (Mopertingen) beven, bibberen [ZND 21 (1936)] III-1-2
bidden beden: de mus bêën (Mopertingen) Ge moet bidden (in de kerk). [ZND 21 (1936)] III-3-3
biechten (gaan) zich biechten (gaan): ver gauin es biechten (Mopertingen) We gaan biechten, of ... ons biechten, of ... te biechte (welke uitdrukking is hiervoor gebruikelijk?). [ZND 21 (1936)] III-3-3
bieden bieden: biën (Mopertingen) bieden [ZND 21 (1936)] III-3-1
bier bier: verzamelfiche ook mat. van ZND 01 (a-m) ook ZND 22 vr. 27a  bier (Mopertingen) bier [ZND 06 (1924)] III-2-3
biestmelk biestmelk: bismɛ.lǝk (Mopertingen) De eerste melk van de koe, nadat ze gekalfd heeft. [L 32, 100; JG 1a, 1b; S 3; A 7, 18; monogr.] I-11