e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L288p plaats=Nederweert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
snotneus snotjong: snótjóng (Nederweert), snotterbel: snooterbel (Nederweert, ... ), snotterkuiken: snoeëterkuûk (Nederweert), snoo.terkuu.k (Nederweert), snooterkuuk (Nederweert), snooterkūūk (Nederweert), (als persoonsnaam).  snooterkūū:k (Nederweert), (scheldwoord, ook voor jong persoon).  snoterkuu.k (Nederweert), snotternaas: snooternaas (Nederweert), snoternaas (Nederweert, ... ), (als persoonsnaam).  snooternaas (Nederweert), snotterneus: snoternaas (Nederweert, ... ) neus: snottebel [snotkeekel, snotkikkel, snotkiekje, snotneus, snottebrel] [N 10 (1961)] || snotneus || snotneus [snooterbel, sjoetsnaas] [N 06 (1960)] III-1-2, III-1-4
snottebel snotterbel: snoterbel (Nederweert), snotterkuik: Cfr. Weertlds. Wb.: kuûk kuiken.  snooterkuuk (Nederweert), snoterkuuk (Nederweert), snoterkūūk (Nederweert) neus: snottebel [snotkeekel, snotkikkel, snotkiekje, snotneus, snottebrel] [N 10 (1961)] III-1-2
snuit snoet: snoet (Nederweert), snoêt (Nederweert), snuit: snōēt (Nederweert) neus: spotbenamingen [snoet, snotkoker, fok, fokker, kokker, domphoren, gevel, foemp] [N 10 (1961)] || snuit || Snuit [SGV (1914)] III-1-1, III-4-2
snurken snurken: snörke (Nederweert, ... ) snurken [snorke, ronke] [N 10 (1961)] III-1-2
soep sop: sop (Nederweert), Syst. WBD  sop (Nederweert), sóp (Nederweert), Verklw. söpke e Lekker söpke: lekkere soep  sop (Nederweert) soep [SGV (1914)] || Soep, heel in het algemeen [N 16 (1962)] III-2-3
soepterrine soepterrine: soͅptrin (Nederweert) soepterrine III-2-1
soepvlees soepenvlees: soppevleîs (Nederweert, ... ) soepvlees III-2-3
soldaat soldaat: səldô.t (Nederweert) soldaat [RND] III-3-1
soldaatjes krapjes: krepkes (Nederweert), krappeltjes: Syst. WBD  kreppelkes (Nederweert), paardjes: uitsluitend mv.  pertjes (Nederweert), soldaatjes: Uitsluitend verklw.  suldäötjes (Nederweert) gebakken stukjes brood || stukjes geroosterd brood of blokjes spek, die in de erwtesoep werden gedaan || Stukjes geroosterd of in boter of vet gebakken brood (krepkes?) [N 16 (1962)] || uitgebakken stukjes spek, ook kleine stukjes geroosterd brood bij erwtensoep III-2-3
soldaten soldaten: saldo.tə (Nederweert) soldaten [RND] III-3-1