| 23387 |
doopwater |
wijwater:
wiewater (L294p Neer)
|
Het gewijde water in de doopvont, waarmee gedoopt wordt [vont-, vunt-, vintwater, doopwater, wijwater?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 25059 |
door elkaar, verward |
ongeregeld:
ongeraengeldj (L294p Neer),
verward:
verwardj (L294p Neer)
|
niet volgens vaste regels geschikt [ongeregeld, onverschillig] [N 91 (1982)] || op ongeregelde wijze dooreengemengd [verward, verstreuveld] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 18327 |
doordeweekse (werk)schort |
blauwe scholk:
van een bepaalde blauwe ruwe stof
blauwe sjolk (L294p Neer)
|
zijn er verschillende namen voor verschillende soorten van deze kledingstukken ? [DC 15 (1947)]
III-1-3
|
| 18671 |
doordeweekse kleren |
`s werkdaagse kleren:
sjwerdisje kleyer (L294p Neer)
|
door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 24986 |
doordrenken, nat maken |
nat maken:
naat maake (L294p Neer)
|
met een vloeistof doordrenken; nat maken [platsen, pletsen, plodderen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 24477 |
doorn, stekel |
doorn (mv.):
døͅr (L294p Neer)
|
doornen [RND]
III-4-3
|
| 28696 |
doornrasp |
krets:
krɛts (L294p Neer)
|
Gereedschap om de dorens van de afgesneden braamstengel te verwijderen. Vroeger gebruikte men hiervoor een koehoorn waarin tegenover elkaar een aantal gaten was geboord van verschillende grootte, waar de stengel doorheen werd getrokken. Tegenwoordig heeft men hiervoor een buisje. Men schuift dat om de stengel. Vervolgens trekt men de stengel door het buisje, zodat de dorens er afgeschraapt worden. [N 40, 124]
II-6
|
| 33167 |
doorschieter |
doorwassen:
dōrwasǝ (L294p Neer)
|
Aardappelstruik waaraan zich door overmatige groei steeds nieuwe scheuten en aardappeltjes vormen. [N 12, 9; monogr.]
I-5
|
| 20848 |
dopen |
dopen:
dö.ypə (L294p Neer, ...
L294p Neer),
soppen:
sòppe (L294p Neer)
|
doopen (dopen) [RND] || dopen [RND] || indopen van het brood b.v. in de koffie: soppen [N 08 (1961)]
III-2-3, III-3-3
|
| 33521 |
doperwten |
erwten:
eigen spellingsysteem
erte (L294p Neer)
|
De jonge erwten die uit de dop gehaald moeten worden; doperwt (poolerwt, dopper, doperwt, pelerwt). [N 82 (1981)]
I-7
|