20607 |
havermoutpap |
havermoutpap:
Syst. WBD
havermoutpap (L294p Neer),
havermoutsepap:
Syst. WBD
havermoutsepap (L294p Neer)
|
Pap van havermout (haavere moute pap?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
33994 |
haverzak |
kopzak:
kǫp˲zak (L294p Neer)
|
Zak, gevuld met haver, die men een ingespannen paard omhangt om het te laten eten. [N 13, 90; monogr.]
I-10
|
24320 |
hazenleger |
leger:
ideosyncr.
lager (L294p Neer)
|
Hoe noemt u de vaste ligplaats van een haas (leger, lechter, pot) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
21897 |
hebzuchtig |
hebberig:
hubberig (L294p Neer)
|
een sterke begeerte naar geld hebben [hebbig, gewarig, greeg (zijn)] [rijven] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21406 |
hebzuchtig zijn |
eropuit zijn:
derop oet (L294p Neer)
|
een sterke begeerte naar geld hebben [hebbig, gewarig, greeg (zijn)] [rijven] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
19534 |
hecht van een mes |
hecht:
higt (L294p Neer)
|
handvat van een mes (hecht, heft) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
17857 |
heen en weer draaien |
knauwen:
knâê (L294p Neer),
krenselen:
kreensele (L294p Neer)
|
Heen en weer draaien (drispelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17865 |
heen en weer schuiven |
wemelen:
wiemele (L294p Neer)
|
Heen en weer schuiven (winaauwen, wiemelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
24607 |
heermoes |
kattenstaart:
kattesjtert (L294p Neer),
kattestaart:
katǝštɛrt (L294p Neer)
|
Equisetum arvense L. Zeer algemeen voorkomend onkruid uit de paardestaart-familie (Equisetum L.) op bouwland, grasland, tuinen en bermen met een rechtopstaande holle stengel, die geleed is en gemakkelijk uiteen te trekken. Op de grens van de afzonderlijke leden bevindt zich een krans van schubben, die de bladeren vertegenwoordigen. Deze sporenplant bloeit van april tot mei en varieert in hoogte van 10 tot 80 cm. In het algemeen bekender onder de familienaam paardestaart. L 214a: "De volksmond zegt dat onderaan de wortel van de katǝstart een gouden knøpkǝ zit." L 250: "Gedroogde blaadjes worden als medicinale thee gebruikt bij pijnlijke urinelozing." De samenstellingen met -staarts zijn verschoven vormen van staart; vergelijk het lemma Ploegstraat in aflevering I.1, blz. 62. [A 17, 5; A 49B, 4; monogr.] || paardestaart
I-5, III-4-3
|