20670 |
broodpap |
bedelaarspap:
baîdelieërspap (L321p Neeritter),
brokkenpap:
Van karnemelk
brokkepap (L321p Neeritter)
|
Pap met stukjes roggebrood (pap met vuurstenen?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
20706 |
broodpop |
buikman:
Met St. Nikoloos
boekman (L321p Neeritter)
|
Wittebrood in de vorm van een man (steeve, steeveman, weggeman, nieuwjaarsman, ziepesprengert, boekeman?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
25597 |
broodprikker |
plankje met lange nagels:
plankje met lange nagels (L321p Neeritter)
|
Een plankje met ijzeren tanden om gaatjes in het deegbrood aan te brengen. Soms gebruikt men hiervoor ook wel een vorm. Zie afb. 20. [N 29, 41; N 29, 42]
II-1
|
25617 |
broodrek |
rek:
%%meervoud%%
rękǝ (L321p Neeritter)
|
De houten stellage waarop het brood wordt weggezet. De woordtypen "broodkar", "broodwagen", "moeldedek", wijzen op het gebruik van iets anders dan een houten stellage of plank om het brood op neer te leggen. [N 29, 53]
II-1
|
24983 |
bros, breekbaar |
bros:
bros (L321p Neeritter)
|
bros [SGV (1914)]
III-4-4
|
25657 |
brouwen |
brouwen:
brǫwǝ (L321p Neeritter)
|
Bier bereiden. Quicke (pag. 72) geeft de volgende omschrijving: "Van bier, het mout beslaan, het wort klaren, hoppen en koken; bier vervaardigen. [S 5; L 1a-m; L 22, 27a; monogr.]
II-2
|
25658 |
brouwer |
brouwer:
brø̜jǝr (L321p Neeritter)
|
De persoon die bier brouwt. In dit lemma is alle materiaal opgenomen dat betrekking heeft op brouwer in de algemene betekenis van "de persoon die bier brouwt." In het lemma ''brouwmeester'' daarentegen zijn alle opgaven bijeen geplaatst die als antwoord werden gegeven op de vragen N 57, 58a/b/c/d: "Hoe noemt u de persoon of personen, belast met a. beslag maken, b. filteren, c. koken, d. afkoelen." [S 5; RND 112; L 1a-m; L 1u, 26; monogr.]
II-2
|
21169 |
brug |
brug:
brök (L321p Neeritter)
|
brug [SGV (1914)]
III-3-1
|
20386 |
bruid |
bruid:
broet (L321p Neeritter),
brōēt (L321p Neeritter)
|
bruid [SGV (1914)]
III-2-2
|
20387 |
bruidegom |
bruidegom:
broedegôm (L321p Neeritter),
bruigom:
bruum (L321p Neeritter)
|
bruidegom [SGV (1914)]
III-2-2
|