e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L368p plaats=Neeroeteren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kolonel kolonel: eine ko-loo-nel (Neeroeteren), enne kolenel (Neeroeteren), ijne kollenel (Neeroeteren), kolenel (Neeroeteren), kolonel (Neeroeteren) Kolonel. [ZND 36 (1941)] III-3-1
kom kom: koəm (Neeroeteren, ... ), kōm (Neeroeteren, ... ), koͅm (Neeroeteren, ... ) een kom, twee kommen (rond en diep) [ZND 01 (1922)], [ZND 28 (1938)] III-2-1
komen komen: kommen (Neeroeteren), kumə (Neeroeteren) komen [RND], [ZND 46 (1946)] III-1-2
komkommer komkommer: komkommer (Neeroeteren, ... ) [ZND 41 (1943)] I-7
konijn konijn: kni-jn (Neeroeteren), kniên (Neeroeteren), knī.n (Neeroeteren), pl.  knin (Neeroeteren) konijn [ZND 42 (1943)] || konijn(tje) [Goossens 1b (1960)] III-2-1
koning as van het kroonrad: as ˲van ǝt krȳǝ.nrā.t (Neeroeteren), koning: ki.əniŋ (Neeroeteren), kiening (Neeroeteren, ... ), kiëning (Neeroeteren), kī[ə}niŋ (Neeroeteren), kīning (Neeroeteren) De staande as van het kroonrad van de watermolen. [Jan 106; Coe 92] || koning [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND 28 (1938)], [ZND m] II-3, III-3-1
koning en vrouw van een kleur in een hand bruid: ich hèb de broeêt van de harte (Neeroeteren), heer en dame: ich heb den [h}ier en de dam van harten (Neeroeteren), ich heb hartenhier en dam bie-ein (Neeroeteren), bedoelt men hiër ipv hïer??  ich heb hartenhïer en hartedam samen (Neeroeteren) Ik heb den heer en de vrouw van harten samen (bij het kaartspel). [ZND 40 (1942)] III-3-2
koning in het kaartspel heer: hier (Neeroeteren, ... ), koning: kiening (Neeroeteren, ... ), kuuning (Neeroeteren) Koning: Hoe heet schoppen heer of schoppen koning (in een kaartspel)? [ZND 42 (1943)] III-3-2
koningin moer: mōr (Neeroeteren) Het enige volmaakt vrouwelijke dier in een bijenkolonie. Geslachtelijk is de koningin gelijk aan de werkbij, maar in het larvestadium is de aanstaande koningin gevoed met hoogwaardige voedingsstoffen, de koninginnegelei, en de werkbij niet. In ieder volk is slechts één koningin aanwezig. Haar enige taak bestaat in het leggen van eieren. Zij kan bevruchte of onbevruchte eieren leggen. Uit de bevruchte eieren ontstaan werkbijen of eventueel koninginnen, uit de onbevruchte komen de darren. Een koningin kan een leeftijd van vier à vijf jaar bereiken. Is zij niet meer in staat eieren te leggen en daardoor nutteloos geworden voor de kolonie, dan wordt de oude koningin vervangen door een nieuwe. [N 63, 12d; S 3, L 1a-m; JG 1a + 1b; JG 2b-5, 12; R 3, 42; Ge 37, 37; A 9, 3; monogr.] II-6
kookkachel, fornuis cuisinière (fr.): cuissinière (Neeroeteren), kuzənjēͅ.r (Neeroeteren), kwizenjēͅrə (Neeroeteren), vgl. Fr. cuisinière  kwizzenjèèr (Neeroeteren), platte vuur: plātə vēr (Neeroeteren), vuur: veer (Neeroeteren) de vierkante kookkachel, met twee of vier ovens van voren [ZND 23 (1937)] || fornuis [ZND 01 (1922)] || keukenfornuis || Vierkante kookkachel met een of meer ovens waarop men verschillende dingen tegelijk kan koken, braden of stoven (fornuis, kookkachel, cuissinière) [N 79 (1979)] III-2-1