33146 |
zeven met de handzeef |
zeven:
zēvǝ (L312p Neerpelt),
ziften:
zeftǝ (L312p Neerpelt)
|
Zaaigraan winnen uit het met de wan gezuiverde graan door het te zeven. [N 14, 41b, 42b en 43b; JG 1a, 1b; Wi 43; S 45; monogr.]
I-4
|
21772 |
zich aanstellen |
zich aanstellen:
zich aanstellen (L312p Neerpelt)
|
zich aanstellen [N 102 (1998)]
III-3-1
|
21298 |
zich bemoeien met |
moeien:
moeien (L312p Neerpelt)
|
ik kan me daarmee niet bemoeien [ZND 21 (1936)]
III-3-1
|
33860 |
zich bij het stappen op de voorhoeven trappen |
overslaan:
ōvǝrslǭǝn (L312p Neerpelt)
|
[N 8, 75 en 79]
I-9
|
17938 |
zich haasten |
zich spoeden:
os spoeien (L312p Neerpelt)
|
Zich haasten. We moeten ons haasten om de bus te halen. [Lk 05 (1955)]
III-1-2
|
19047 |
zich inbeelden |
zich inbeelden:
ook materiaal znd 27, 39
zich eenbilden (L312p Neerpelt),
zich inbielen (L312p Neerpelt)
|
inbeelden [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
24047 |
zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor |
naar de pastoor gaan:
nô de pestoer gôan (L312p Neerpelt)
|
Zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor, "naar pastoor gaan". [N 96D (1989)]
III-3-3
|
34232 |
zich moeilijk laten melken |
kwade koe voor te melken:
kǫj ku vør tǝ mɛlǝkǝn (L312p Neerpelt),
taai:
tɛj (L312p Neerpelt),
zich lelijk melken:
(de koe) mɛlǝkt zex lęlǝk (L312p Neerpelt)
|
Het slechts met moeite gemolken kunnen worden, gezegd van de koe. Er komen in dit lemma verschillende grammaticale categorieën voor. [N 3A, 71]
I-11
|
33844 |
zich over de rug wentelen |
(zich) wendelen:
wę.ndǝlǝn (L312p Neerpelt)
|
Geregeld gaan de paarden op hun rug liggen en slaan met de poten in de lucht. Zij doen dit vooral bij jeuk of buikpijn. [JG 1a, 1b; N 8, 69]
I-9
|
34339 |
zich schuren |
schuren:
sxūrǝ (L312p Neerpelt)
|
Zich schuren tegen een paal of boom vanwege de jeuk, gezegd van het varken. [N M, 7]
I-12
|