e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117p plaats=Nieuwenhagen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voorhoofd ster: štier (Nieuwenhagen, ... ) voorhoofd [DC 01 (1931)] III-1-1
voorhuid vel: vel (Nieuwenhagen) voorhuid van de penis [N 10c (1961)] III-1-1
voorijzer geribde staak: gǝreb˱dǝ štāk (Nieuwenhagen) Klein aambeeldje met gleuven dat wordt gebruikt voor het maken van groeven in metalen platen. De bovenzijde van het werktuig kan vlak of bol zijn uitgevoerd. Volgens Van der Kloes en Risch (pag. 156) dient het ook om metaaldraad en dunne staven halfrond te smeden. Zie ook afb. 23. Volgens de invuller uit L 210 werd het voorijzer gebruikt samen met de voorhamer. [N 64, 34d; N 66, 14d] II-11
voormachine voormachine: vūrmašiŋ (Nieuwenhagen) Machine voor het aanbrengen van voren in buizen, pijpen, luchtkappen, etc. Het plaatmateriaal wordt daarbij tussen twee rollen doorgevoerd waarvan de ene is voorzien van een uitholling en de andere van een daarbij passende verhevenheid. Zie ook afb. 170. De voormachine kan ook worden gebruikt voor het ter versteviging walsen van voren in emmers, bussen, etc. (Van Rees, pag. 52). [N 64, 11] II-11
voorman, ploegbaas voorman: vȳrmān (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Emma]) Ploegbaas of voorman op een werkpunt. Zie ook het lemma Schudgootbaas. [N 95, 163; monogr.; Vwo 23; Vwo 234] II-5
voornemen opzet: ŏpzèt (Nieuwenhagen), plan: plāān (Nieuwenhagen) wat men zich voorgenomen heeft, een plan [opzet, voornemen, plan] [N 85 (1981)] III-1-4
voornemen om niet meer te zondigen voornemen: vuërnumme (Nieuwenhagen), vorsatz (du.): der vūūërzats (Nieuwenhagen) Het voornemen om niet meer te zondigen [de vuërzats]. [N 96D (1989)] III-3-3
voornemens zijn plannen: plāānə (Nieuwenhagen), van plan zijn: và plán zīēë (Nieuwenhagen) van plan zijn, het voornemen hebben [getijd zijn/hebben, betijd hebben, vörgers zijn] [N 85 (1981)] III-1-4
vooroverduikelen op het gezicht vallen: opt gezich valle (Nieuwenhagen), ôp t gezich valle (Nieuwenhagen) duikelen, voorover vallen [stulpe, stölpe] [N 10 (1961)] III-1-2
voorraad voorraad: ps. boven de a moet nog een ? staan; deze combinatieletter kan ik niet maken!  vūūraoët (Nieuwenhagen) de hoeveelheid goederen die in een winkel aanwezig is om te verkopen [voorraad, reserve, mörske] [N 89 (1982)] III-3-1