e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Nieuwenhagen

Overzicht

Gevonden: 4514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
erfenis erbschaft (du.): érfsjáff (Nieuwenhagen), erfenis: ērfənis (Nieuwenhagen) het geheel van wat iemand van een overledene krijgt [erfenis, erf] [N 89 (1982)] III-3-1
erfgenaam erf: érf (Nieuwenhagen), erfgenaam: érfgənāām (Nieuwenhagen) degene die een erfenis of een gedeelte daarvan krijgt [erfgenaam, erf] [N 89 (1982)] III-3-1
ernstig gemeend: gəmint (Nieuwenhagen) van ernst vervuld [serieus, menens, ernstig] [N 85 (1981)] III-1-4
ertussenuit knijpen (vgl. wbd) poffen: Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  pŏĕffə (Nieuwenhagen) zonder verlof zijn post verlaten [poffen, op de pof gaan, op zijn smoel afkomen] [N 90 (1982)] III-3-1
erwt, algemeen erwt: ɛrt (Nieuwenhagen) Pisum L. Hier de algemene benaming voor de erwt (enkelvoud), voorafgaand aan de benaming voor de akkererwt (lemma Kapucijner, Velderwt) en aan de andere erwtensoorten (tuinerwt, doperwt, peulerwt, enz.) die in de moestuin worden gekweekt en die derhalve in de aflevering over de moestuin ter sprake zullen komen. [N 27, 2b; JG 1a, 1b; L A1, 121; L 34, 94; Wi 8; monogr.; add. uit N P, 24] I-5
esdoorn es: WBD/WLD  èsj (Nieuwenhagen) De esdoorn: een grote boom met dichte kroon; de twijgen zijn donkergrijs met groene knoppen; het blad is donkergroen, aan de onderzijde grijs; de bloemen staan in hangende trosvormige pluimen, terwijl de gevleugelde zaden onderling een scherpe hoek vormen [N 82 (1981)] III-4-3
etalage etalage (<fr.): ēētállāāsj (Nieuwenhagen), schaufenster (du.): sjōūwvinstər (Nieuwenhagen) de grote winkelruit waarachter men zijn waren uitgestald heeft [vitrine, etalage] [N 89 (1982)] III-3-1
eten (ww.) eten: eëte (Nieuwenhagen), ééətə (Nieuwenhagen) eten [DC 35 (1963)], [RND] III-2-3
etensresten orten: otse (Nieuwenhagen) Etensresten, overschotjes (orte?) [N 16 (1962)] III-2-3
evangelie evangelie: t evangelie (Nieuwenhagen), t ēēvangēēlie (Nieuwenhagen) De tweede lezing, het evangelie [t evangillie, evangjillióm?]. [N 96B (1989)] III-3-3